V : vesta - vestaalsche maagdenvestaVesta (afbeelding van : Goddess Myths : Sandra M. Stanton)Het gevoel van vromen eerbied
voor den huiselijken haard was ook bij de verschillende
stammen, die Italië bewoonden, diep geworteld. Evenzeer
als de grieksche Hestia was de romeinsche Vesta de godin van het
huiselijk leven en van het daarop gegronde bestaan van de
stad en den staat. Evenals aan Hestia was haar het vuur
van den huiselijken haard geheiligd, en daarom stond zij
in zeer nauwe betrekking tot de Laren en Penaten. Het
atrium, dat gedeelte van het huis, hetwelk voor
allen bestemd was, de voorhof van eene romeinsche woning,
was in de eerste plaats aan Vesta gewijd. Daar voerde
over dag de huisvrouw het bestuur over alle huiselijke
aangelegenheden, daar werden de gastmalen gehouden, daar
was het huwelijksbed, dat den man en de vrouw aan
elkander verbond, (lectus genialis), daar
verzamelden zich alle huisgenooten, zoodra een offer
gebracht werd, dat de belangen van allen betrof. Vesta
was dus de godin, die den band der huisgenooten onder
elkander versterkte en samenhield, in de allereerste
plaats den band tusschen man en vrouw. Van dat haar
geheiligde atrium ging dan ook alle genoegen uit, dat het
huiselijk leven schenken kon, en voor dat genoegen meende
men dank te moeten weten aan Vesta, die hare
personificatie vond in de vlam van den huiselijken haard.
-
Rome : de tempel van VestaOp den eersten dag van het jaar,
dus oudtijds op den 1sten Maart, werd jaarlijks het vuur
in den Vestatempel vernieuwd, omdat het noodig was de
vlam, die door veelvuldig gebruik bijna aan het aardsche
vuur gelijk was geworden, door eene nieuwe, nog niet
ontwijde te vervangen. Bij die vernieuwing van het
offervuur moet men weêr denken aan de zich verjongende
natuur, aan de weder toenemende kracht der zon, dus aan
het begin der lente, dat voor alles, wat bestaat, de
aanvang van een nieuw leven is, en dit dus ook moest zijn
voor het vuur, dat brandde op den gemeenschappelijken
haard der gansche stad. In den tempel van Vesta werd
echter niet alleen het heilige vuur bewaakt, maar daar
werden ook de heilige voorwerpen bewaard, waaraan men
eene bijzondere waarde toekende, hetzij wegens hunnen
ouderdom, hetzij omdat zij volgens het volksgeloof in
nauw verband stonden met het heil, ja met het bestaan der
stad. Het voornaamste dier heiligdommen was het
trojaansche Palladion (Zie Palladion.), dat in de binnenste
ruimten van den tempel verborgen gehouden werd, en
daarnevens nog andere oude godenbeelden, de zoogenaamde
trojaansche Penaten (Zie Penaten.) en vele overblijfselen
uit den grijzen voortijd, terwijl ook de zinnebeelden van
de voortbrengingskracht der natuur daar werden
aangetroffen. Die heilige voorwerpen bleven voor allen
onzichtbaar, behalve voor de Vestaalsche maagden en hunne
verborgenheid was zóó heilig, dat volgens de sage de
Pontifex Maximus (hoogste opperpriester) Metellus,
toen hij bij eenen brand het Palladion redde en dus zien moest,
daardoor blind werd. Bij den inval der Galliërs
begroeven de Vestaalsche maagden een deel van die heilige
voorwerpen in de aarde onder den tempel van Quirinus,
maar met het vuur van Vesta en met de heilige zaken, die
het meest in aanzien waren, en bij wier behoud Rome het
meeste belang had, vluchtten zij langs den Tiber. Toen
ontmoetten zij eenen man uit den Plebejischen stand, die
vrouw en kinderen en wat hij nog van zijn goed had kunnen
redden op eenen wagen wegbracht. Zoodra deze man zag, hoe
de Vestaalsche maagden met haren kostbaren schat in de
armen met moeite en zonder eenigen bijstand verder
trokken, liet hij snel zijne vrouw en zijne kinderen van
den wagen afklimmen, wierp zijn goed op den grond en
noodigde de jonkvrouwen uit met de aan Vesta gewijde
voorwerpen op zijnen wagen plaats te nemen, opdat zij
naar eene der grieksche steden van zuid-Italië zouden
kunnen vluchten. Die hulde, in den uitersten nood aan de
Vestaalsche maagden bewezen, toont, hoe krachtig de
eerbied voor de godin en hare priesteressen bij het volk
leefde.
reconstructie van het huis der Vestaalse maagdenTegenover al hetgeen de Vestaalsche maagden moesten missen en tegenover eenen zoo heiligen dienst stond de hooge waardigheid, waartoe zij door haar ambt werden verheven. Al hare aangelegenheden mochten zij regelen zonder, zooals andere vrouwen, den bijstand en de tusschenkomst van eenen man te behoeven. Op straat ging een lictor (gerechtsdienaar) voor haar uit, en ieder, die haar ontmoette, zelfs een consul, trad eerbiedig voor haar ter zijde. Bij alle openbare feesten werd voor haar eene eereplaats ingeruimd. Wat meer dan al het andere de heiligheid van hare personen aanduidde, was de genade, die zij met zich brachten. Wanneer namelijk een ten dood veroordeelde misdadiger op zijnen weg naar de strafplaats eene Vestaalsche maagd ontmoette, en deze plechtig verzekerde, dat dit toevallig en zonder voorbedachten rade geschiedde, ontkwam hij aan zijne straf.
Rome : het huis der Vestaalse maagdenVreeselijk was de straf, die
eene Vestaalsche maagd trof, wanneer zij hare belofte van
kuischheid had geschonden. Zij werd levend begraven.
Vóór de porta Collina lag een heuvel, die zich
ver in de lengte uitstrekte. Daarin was eene enge kamer
gebouwd. In die kamer stond eene met kussens voorziene
legerstede, een brandend licht en eene kleine hoeveelheid
van de noodzakelijkste voedingsmiddelen: brood, water,
melk en olie. De veroordeelde werd in eene gesloten
draagkoets naar die onzalige plek gedragen. Diepe stilte
en rouw lagen op zulk eenen vreeselijken dag over de
gansche stad verspreid. Als de treurige optocht op de
bepaalde plek was aangekomen, hief de pontifex
maximus (de opperpriester) zijne handen ten hemel en
sprak stille gebeden uit; hij voerde vervolgens de
veroordeelde naar de ladder, die in het onderaardsche
vertrek leidde, en de ongelukkige vrouw moest in de
diepte afdalen. Dan trok men de ladder weg en wierp over
het graf zooveel aarde, dat de plek weder even hoog werd
als het overige gedeelte van den heuvel. Ook den
verleider eener Vestaalsche maagd trof eene zware straf.
Hij werd op de markt in het openbaar doodgegeeseld. - vestaalsche maagdenZie het vorig artikel.
|