V : veritas - vervactorveritasEene personificatie der waarheid, die in een wit gewaad, zonder eenige versierselen en vooral met zeer eenvoudigen haartooi werd voorgesteld. verticordiaEen bijnaam van Venus, die beteekent: "de godin, welke de harten bestuurt." Haar werd in 114 vóór Chr. een tempel gewijd, toen drie Vestaalsche maagden tegelijk van onkuischheid werden beschuldigd, opdat zij de gemoederen der vrouwen van de onkuischheid zou afwenden. Om dezen tempel te wijden en het beeld der godin daarin te plaatsen, werden uit honderd vrouwen, die om hare kuischheid bijzonder geëerd werden, door het lot tien aangewezen, die uit haar midden ééne kozen, aan welke die eervolle taak zou worden opgedragen. Zij kozen Sulpicia, de vrouw van Q. Fulvius Flaccus. vertumnusGiuseppe Arcimboldo (1527-1593) : Vertumnus (c.1590); olieverf op paneel; Skoklosters Slott, Stockholm.Een god van den herfst,
die vooral de boomgaarden bewaakte en eenen rijken
overvloed van vruchten schonk. Hoewel zijn naam hem
aanduidt als eenen echt latijnschen god, verhaalde de
sage toch, dat hij uit Etrurië naar Rome was overgekomen
en zich daar op een der drukste gedeelten van de stad
eene woonplaats had uitgekozen. Hij werd meestal
voorgetseld als een krachtig man met eenen krans van
dennerakken op het hoofd. In zijne rechterhand houdt hij
een krom tuinmes, in de linker eenen herdersstaf, terwijl
hij in een dierenvel, dat om zijne schouders hangt, alle
goede gaven, die hij uitdeelt, met zich draagt. Ook bezat
hij de gave om de meest verschillende gedaanten
aantenemen, en wist een meisje of een knaap, een
krijgsman of een jager, een visscher of een herder, een
dienaar van Bacchus of een door Apollo met geestdrift bezielden zanger op de
meest natuurlijke wijze voortestellen. Men beweerde
zelfs, dat hij naar die gave zijnen naam droeg en legde
dien dan uit als "de veranderlijke", maar
waarschijnlijker is het, dat die naam hem aanduidt als
den god van "het veranderende, het keerende
jaar". Men wist te verhalen van zijne liefde voor Pomona, die
ook eene godin was der tuinen en altijd bezig was met
enten, snoeien en gieten, kortom met alles, wat het
verzorgen der tuinen betreft. Zij was met zooveel ijver
daarvoor bezield, dat zij niets wilde weten van de
liefde, waarmede de Faunen en Satyrs en ook Silvanus haar vervolgden, zij verborg zich voor
hen in haren goedgesloten tuin. Ook Vertumnus kwam en
dong naar de hand van Pomona; te vergeefs. Steeds nam hij
nieuwe gestalten aan, om haar toch te kunnen zien en zoo
mogelijk hare liefde te winnen, maar zijne pogingen
bleven ijdel. Eindelijk nam hij de gedaante aan van eene
hoogbejaarde oude vrouw, en leunende op een stokje
strompelde hij den tuin binnen, bezag daar alles,
bewonderde veel en kuste de godin. Daar stond nu een
olmboom, waarom wijnranken vol heerlijke druiventrossen
zich slingerden. Het oudje wees op dien boom als op het
zinnebeeld van den echt, wanneer man en vrouw elkander
wederkeerig steunen en helpen. Zij sprak daarop veel van
de eerlijke, trouwe liefde van Vertumnus en ried Pomona
diens aanzoek niet afteslaan. Zij verhaalde daarbij van
eene Nymph, die door Venus wegens hare hardvochtigheid en
preutschheid in eenen steen was veranderd en drong er
nogmaals ten sterkste op aan, dat de godin eindelijk de
wenschen en gebeden van Vertumnus verhooren zou. Dit
gezegd hebbende ontdeed de god zich plotseling van zijne
aangenomen gedaante, liet al wat er ouds en vrouwelijks
aan hem was varen en vertoonde zich in zijne jeugdige
kracht en schoonheid. Zoo Pomona hem nu geen gehoor gaf,
had hij besloten geweld te gebruiken, maar geweld was
niet meer noodig. Ook de godin gevoelde de zoete smart
der liefde en staarde met verrukking op de schoone
gestalte van den god. Voortaan waren Vertumnus en Pomona,
ook in den eeredienst, onafscheidelijk verbonden. - vervactorEen god der akkers, die door ze omtespitten en eenen tijd lang braak te laten liggen, hun de vruchtbaarheid wedergeeft.
|