M : menestheus - metis

menestheus

De zoon van Peteos uit Athene, de aanvoerder der Atheners voor Troje. Van hem werd verhaald, dat hij Theseus met toestemming der Atheners van den troon had gestooten. Hij voerde vijftig schepen naar Troje, en muntte in den Trojaanschen oorlog vooral uit door zijne bekwaamheid om de paarden en de mannen in slagorde te stellen. Alleen Nestor overtrof hem daarin. Hij viel echter bij de belegering der stad.

menippe

Zie Koronides.

menoikeus (menoeceus)

(1) De vader van Iokaste en Kreon.
(2) De zoon van Kreon, dus een kleinzoon van den zoo even genoemden. Volgens het meest gewone verhaal heeft hij zich van het leven beroofd om zijne vaderstad te redden bij den aanval der zeven verbonden vorsten, die tegen Thebe waren opgetrokken. Ares, die nog steeds vertoornd was, omdat de aan hem geheiligde draak door Kadmos was gedood, eischte, dat een dergenen, die tot de geslachten behoorden, welke uit de tanden van dien draak waren gesproten, zich voor zijne landgenooten zou opofferen. Daarom doodde zich Menoikeus, een der laatste spruiten van die geslachten, in strijd met het uitdrukkelijk verbod van zijnen vader, op de tinnen der burgt van Thebe. Zijn lijk viel in de rotskloof, waarin eens de door Kadmos gedoode draak, als bewaker van de bron, die later Dirke genoemd werd, had gewoond.

menoites (menoetes)

De stuurman van het schip, waarover Gyas het bevel voerde, toen Aeneas op Sicilië onder andere spelen ook eenen roeiwedstrijd houden liet. Hij stuurde zijn schip ver in zee, in plaats van den korteren, doch meer gevaarlijken, weg, langs het strand te kiezen. Daarom wierp Gyas hem in zee, doch hij redde zich op eene klip.

menoitios (menoetius)

(1) Een zoon van Iapetos, een der Titanen, en Asia, dus de broeder van Atlas, Prometheus en Epimetheus. Hij kenmerkte zich door zijnen overmoed, maar werd door Zeus in den krijg, dien deze tegen de Titanen voerde, met den bliksem getroffen en daarna in den Tartaros opgesloten.
(2) De bewaker der runderen van Hades, die toen Herakles de runderen van Geryones wilde rooven, dezen verried. (Zie Herakles.) Toen Herakles naar de onderwereld kwam, om Kerberos te rooven, ontmoette hij daar Menoitios en ving een strijd met hem aan. Hij wondde hem en zou hem erger hebben gedeerd, zoo niet Persephone tusschen beide was gekomen.
(3) De zoon van Aktor en de vader van Patroklos. Hij nam deel aan den tocht der Argonauten. Zijn stiefbroeder was Aiakos, met wien hij dezelfde moeder, Aigina, had. (Zie Aiakos.) Hij was een vriend van Herakles en men verhaalt, dat hij de eerste is geweest, die dezen als heros offers heeft gebracht.

mens

Eene personificatie van het verstand. Op den 8sten Juni werd jaarlijks ter harer eer op het Kapitool een feest gevierd.

mentes

(1) De aanvoerder der Kikones. Apollo nam zijne gedaante aan, om Hektor ten strijde aantezetten.
(2) De aanvoerder der Taphiërs, een gastvriend van Odysseus. De godin Athena nam zijne gedaante aan om Telemachos gerusttestellen omtrent den terugkeer van zijnen vader.

menthe

Zie Minthe.

mentor

De zoon van Alkimos op Ithaka. Hij was reeds bejaard, toen Odysseus naar Troje vertrok. Daar hij op zijne trouw kon rekenen, droeg Odysseus aan Mentor, die bij het gansche volk in hoog aanzien stond, de taak op om te waken over zijn huis. Deze spoorde dan ook het volk van Ithaka aan, om zich tegen den overmoed der vrijers te verzetten en gemeene zaak te maken met Telemachos. -
Zeer dikwijls nam de godin Athena zijne gedaante aan, b.v. om Telemachos naar Pylos te geleiden en om Odysseus in den strijd met de vrijers te beschermen en later om hem met zijn volk te verzoenen. -

xxxxxxxxxxx

 

Mentor is tot eene spreekwoordelijke benaming geworden voor eenen bezadigden vriend, die een onervaren jongeling den rechten levensweg leert betreden.

mephitis / mefitis

Eene oude Italische godheid, die vooral in midden-Italië vereerd werd. Haar dienst werd overal aangetroffen, waar vulcanische werkingen van den bodem zich openbaarden, vooral daar, waar zwaveldampen uit den grond opkwamen. De voornaamste plaatsen harer vereering waren Amsanctum in het land der Hirpini, waar giftige dampen uit de aarde opstegen en Cremona. Ook in Rome was haar een bosch (lucus) geheiligd op den Esquilijnschen heuvel, een bewijs, dat ook daar oudtijds onzuivere dampen uit den grond zijn voortgekomen. -

Classification :
Phylum: Chordata
Class: Mammalia
Order: Carnivora
Suborder: Mustelidae
Family: Mephitinae
Genus: Mephitis

Meestal dacht men zich Mephitis als eene godin; soms echter, zooals te Tibur en te Rome beschouwde men haar als een goddelijk wezen van het mannelijk geslacht.

mercurius

De handelsgod der Romeinen. Reeds zijn naam duidt hem als zoodanig aan. Eerst door het verkeer met de Grieken kreeg Rome behoefte aan eenen handelsgod, dien het vroeger niet bezeten had. Zijn dienst schijnt ingevoerd te zijn, toen kort na de verdrijving der koningen Rome door den handel voor hongersnood werd behoed. Zijn eerste tempel werd in het jaar 495 vóór Chr. ingewijd. Oorspronkelijk was hij alleen een god van den graanhandel. Bij de inwijding van zijnen tempel werd er een collegium, een gilde van Mercuriales opgericht, wier plicht het was de woekerwinsten, die de Patriciërs bij den verkoop van het koren trachtten te behalen, te keer te gaan en eene meer geregelde verbinding met de Grieksche graanmarkten tot stand te brengen. Later werd hij evenwel een god van den handel in het algemeen, niet het minst van den kleinhandel. In de verschillende straten van Rome had hij beelden en kapellen, door de kramers en kooplieden, die iedere straat bewoonden, opgericht. Zijn oudste en voornaamste tempel lag bij den Circus Maximus. Op de Idus (den 15den) Mei offerden de kooplieden hem en zijne moeder Maia, aan wie de maand, waarin zijn feest gevierd werd, geheiligd was. Dan werd de zegen van den god afgesmeekt, zoowel over de handelsondernemingen, die men voor had, als over de listen, die men zou gebruiken en het bedrog, dat men van plan was te plegen. -
In latere tijden bleef echter Mercurius niet alleen de god des handels; meer en meer werd hij vereenzelvigd met den Griekschen Hermes. De caduceus, de staf, dien Mercurius droeg, is geheelenal van den Griekschen god overgenomen. -


Door het handelsverkeer heeft zich de dienst van Mercurius ook over de noordelijke gewesten verspreid, waar een groot aantal kleine bronzen beelden van den god gevonden zijn, kenbaar aan zijnen met slangen omwonden staf en zijnen geldbuidel. Zie Hermes.

meriones

Een der Grieksche helden, die voor Troje streden. Hij was de vriend en dienaar van Idomeneus, den koning van Kreta. Vooral muntte hij uit in het boogschieten. Hij was in het bezit van den helm van Amyntor, dien hij aan Odysseus leende, toen deze met Diomedes op kondschap uitging naar het leger der Trojanen.

merope

(1) Eene der zusters van Phaëthon, die ontroostbaar waren over zijnen dood en wier tranen in barnsteen werden veranderd. (Zie Heliaden (1))
(2) De dochter van Atlas, die de gade werd van Sisyphos. Zij werd de moeder van verscheidene zonen, waaronder Glaukos, de vader van Bellerophon. Zij is eene der Pleiaden, doch die, welken minsten glans verspreidt, omdat zij zich er over schaamt met eenen sterveling gehuwd te zijn.
(3) Eene dochter van Oinopion, die verloofd was met Orion. Volgens sommige legenden werd Orion, daar hij niet langer wilde wachten op den dag van zijn huwelijk, die steeds werd uitgesteld, door Oinopion van het gezicht beroofd.
(4) De dochter van Kypselos en de gemalin van Kresphontes, den koning van Messenië. Bij eene samenzwering door Polyphontes gesmeed kwamen al hare kinderen om, behalve haar jongsten zoon Aipytos. Merope zelve werd gedwongen met den overweldiger te huwen. Polyphontes stelde alles in het werk om de schuilplaats, waarheen men Aipytos vervoerd had te ontdekken. Dit gelukte hem echter niet en toen de knaap volwassen was geworden, nam hij wraak over het aan hem en zijne moeder gepleegde onrecht door Polyphontes te dooden.

[Vraag: Welke Merope is hier afgebeeld?
(Kox weet het zelf helaas ook niet.)]

merops

(1) Zie Ethemeia.
(2) Een koning der Aethiopiërs, die gehuwd was met Klymene, welke aan Helios een zoon, Phaëthon, gebaard had.
(3) Een koning van Rhyndakos, geboortig uit Perkote, die de gave bezat om in de toekomst te zien en daarom aan zijne zonen niet wilde toestaan om aan den tocht tegen Troje deeltenemen, daar hij wist, dat zij daarbij zouden omkomen. Hij was ook de vader van Kleite en Arisbe. Zie Kleite en Arisbe.

mestra

De dochter van Erysichthon. Zie Erysichthon (2).

metabus

Een koning der Volsci, de vader van Camilla. (Zie aldaar.) Hij leefde ten tijde van Aeneas. Door zijn volk, dat in opstand gekomen was, verdreven, ontkwam hij den dood alleen door de diepe rivier Amasenus overtezwemmen. Zijne dochter Camilla bond hij aan zijne speer, wijdde haar aan Diana en wierp haar zoo over de rivier.

metaneira (metanira)

De gade van Keleos. Zie Demeter.

metapontos (metapontus)

Een koning van Ikaria. Hij was de pleegvader van Boiotos en Aiolos. Zie Aiolos.

metioche

Zie Koronides.

metis

(1) Eene dochter van Okeanos en Tethys, die door hare schranderheid de broeders en zusters van Zeus op diens aandrang in het leven terugriep, daar zij aan Kronos het braakmiddel ingaf, dat hem dwong hen allen weder te voorschijn te doen komen. Zeus huwde haar. Toen hij evenwel kennis kreeg van een orakel, hetwelk voorspelde, dat zij eerst eene dochter ter wereld zou brengen, maar daarna eenen zoon, die hem van den troon zou stooten, verslond hij haar en Athena, het kind, waarvan zij zwanger was; zij werd later uit het hoofd van Zeus geboren. Zij is eene personificatie van de schranderheid, van het verstand. Zie Athena.
(2) Zie Eros.