M : medon - meleagridesmedon(1) Een halfbroeder van den
kleineren Aias, derhalve een zoon van Oïleus. Hij
woonde niet in zijn vaderland, maar hij had, daar hij in
toorn eenen bloedverwant zijner stiefmoeder Eriopis
gedood had, moeten vluchten naar Phylake in Thessalië.
Hij voerde troepen aan uit de Thessalische landstreek
Phthia. medos (medus)Zie Medeia. medusaxxxxxxxxxxxxxxx
Eene der Gorgonen, de eenige onder haar, die sterfelijk was. Zij werd door Perseus gedood. (Zie Gorgonen en Perseus.) De nevensgaande afbeelding [niet afgebeeld; Kox] stelt een Medusahoofd voor, zooals het op eene Romeinsche munt wordt aangetroffen. xxxx megaraDe eerste gade van Herakles. Zie Herakles. megaira (megaera)Eene der Erinnyën. Zie aldaar. megapenthes(1) De zoon van Proitos, den
koning van Argos, die zijn rijk met Perseus
ruilde voor de regeering over Tiryns, dat dezen behoorde.
megareusEen koning van Megara, de vader van Euaichme. Zie Alkathoös. melampusDe zoon van Amythaon en Eidomene.
Hij woonde in den Peloponnesos nabij Pylos op het land.
In eenen eik voor zijne woning was een slangennest. De
oude slangen werden door zijne dienaars gedood en door
Melampus verbrand, maar de jongen kweekte hij op. Toen
deze groot waren geworden kropen zij eens aan beide
zijden over zijn lichaam en likten hem de ooren, terwijl
hij sliep, zoodat hij, toen hij ontwaakte, de stemmen der
vogels kon verstaan en door hetgeen hij van hen vernam
aan de menschen de toekomst kon voorspellen. Bovendien
verwierf hij zich ook de gave om uit de offers
waarzeggingen te doen, en ten gevolge van een gesprek,
dat hij met Apollon hield aan de oevers van den Alpheios,
werd hij de uitstekendste aller waarzeggers. Dit bleek
duidelijk uit de volgende gebeurtenissen: Bias, de
broeder van Melampus, dong naar de hand van Pero, de
dochter van Neleus, maar deze verklaarde, dat hij zijne
dochter slechts aan dengene zou geven, die hem de
runderen van Iphikles bracht, welke te Phylake in Thessalië
streng bewaakt werden. Op het dringend verzoek van Bias
beloofde Melampus ze te halen, maar voorspelde, dat hij
bij het plegen van den diefstal zou worden betrapt en de
runderen eerst krijgen zou na een jaar in de gevangenis
te hebben doorgebracht. Zoo gebeurde het. Melampus werd
in een klein huis opgesloten, waar hij slechts één man
en ééne vrouw tot zijne bediening had. De man
behandelde hem vriendelijk, de vrouw daarentegen slecht.
Nadat bijna een jaar verstreken was, hoorde hij van de
houtwormen, wier stem hij verstond, dat zij de balken
geheelenal hadden doorgeknaagd. Hij wendde nu voor ziek
te zijn en beval zijne dienaars hem naar buiten te
dragen, zóó dat de man het hoofdeneinde de vrouw het
benedeneinde van zijn bed droeg. Nauwelijks was de man
met het grootste gedeelte van het bed buiten, of het huis
stortte in en bedolf de vrouw onder zijne puinhoopen. Phylakos, de
koning van die streek en de vader van Iphikles, leerde
daardoor de groote gaven van Melampus kennen, en liet hem
tot zich komen. Hij beloofde hem uit zijne gevangenis te
zullen ontslaan en hem de verlangde kudden te zullen
geven, zoo hij hem een middel aan de hand gaf, waardoor
het huwelijk van Iphikles met kinderen zou gezegend worden.
Melampus slachtte nu twee runderen, sneed die in stukken
en riep de vogels, die hem de toekomst konden openbaren,
tot zich. Een gier gaf aan zijne oproeping gehoor en
zeide hem, dat Phylakos eens, toen hij eenen ram offerde
het nog bloedige mes naast Iphikles had
neêrgelegd, en deze, daarop bevreesd geworden, was
gevlucht. Phylakos had toen het mes in eenen heiligen eik
gestoken en daarin was het blijven zitten, zoodat de
schors er nu reeds geheel overheen was gegroeid. Daarop
gaf Melampus aan Phylakos den raad om dat mes te zoeken,
er den roest afteschrapen en dien met water gemengd tien
dagen lang door Iphikles te laten gebruiken. Deze raad werd
opgevolgd; het mes werd in den boom gevonden, zooals de
gier gezegd had, de roest werd door Iphikles gebruikt
en weldra werd zijne gemalin zwanger. Melampus kreeg de
kudden, die hij naar Pylos voerde, waar zijn broeder Bias
met Pero huwde. - melanippe(1) De dochter van den Kentaur Cheiron.
Toen zij hare liefde geschonken had aan Aiolos en
zwanger was geworden, vluchtte zij uit vrees voor haren
vader naar het gebergte Pelion. Daar bad zij tot Artemis, dat
deze haar in een paard zou veranderen. Haar gebed werd
verhoord en daarna werd zij onder de sterren geplaatst;
zij wordt door sommigen ook wel Euippe
genoemd. melanippos (melanippus)(1) Een jongeling door Komaitho
bemind. (Zie Komaitho.) melanthios (melanthius)De zoon van Dolios, de geitenherder van Odysseus. Gedurende de afwezigheid van zijnen heer was hij een ontrouwe dienaar geweest, en toen Odysseus als bedelaar vermomd terugkeerde, heeft hij hem smadelijk bejegend. Tot straf daarvoor werd hij op gruwelijke wijze door den held gedood. melantho(1) Eene dochter van Deukalion,
welke zich met Poseidon, die de gedaante van eenen dolfijn had
aangenomen, verbond en bij hem de moeder werd van Delphos.
melanthos (melanthus)(1) De zoon van Andropompos,
eenen afstammeling van Periklymenos, den broeder van Nestor. Hij
was de vader van Kodros en regeerde in
Messenië, maar vandaar trok hij naar Attika en zette
zich in Eleusis neder. Voor den laatsten koning uit het
geslacht van Theseus, met name Thymoites, waagde hij
een tweegevecht met Xanthos, den koning der
Boiotiërs, die in Attika eenen inval had gedaan. Met
hulp van Dionysos overwon hij dezen en maakte zich daarop
meester van de regeering over Athene. meleagros (meleager)De voornaamste lotgevallen van
dezen Griekschen heros zijn reeds vermeld bij de
behandeling der Kalydonische
jacht. Omtrent zijnen dood
bestaan verschillende overleveringen. De meest bekende
verhaalt, dat toen hij zeven dagen oud was, de Moiren in de
woning zijner ouders verschenen waren en gezegd hadden,
dat Meleagros zóólang zou leven als het blok hout, dat
op den haard lag, nog niet verbrand was. Toen zijne
moeder evenwel vernam, dat hij hare broeders, de zonen
van Thestios, had omgebracht, wierp zij het blok
hout, dat zij vroeger had weggenomen, op het vuur en
maakte zoo een einde aan het leven van haren zoon. - meleagridesDochters van Oineus, zusters van Meleagros. Hare namen waren Gorge, Eurymede, Deianeira en Melanippe. Na den dood van haren broeder weenden zij zoo onafgebroken, dat Artemis door haar met haren staf aanteraken Eurymede en Melanippe in vogels veranderde. Hare beide zusters werden voor hetzelfde lot bewaard door de tusschenkomst van Dionysos. Zie Meleagros.
|