H : hekate - hekatesia

hekate (hecate)
Eene der raadselachtigste
godheden van de Grieksche mythologie, van wie in de
gedichten van Homeros nog geen gewag gemaakt wordt.
Volgens Hesiodos - en de lateren zijn hem doorgaans
hierin gevolgd - was zij eene dochter van den Titan Perses of
Perseus, eene verderf aanbrengende godheid des lichts, en
van Asteria, die de zuster was van Leto.
Derhalve was Hekate eene kleindochter van Phoibe en
behoorde zij tot de Titaniden. Zij werd echter door Zeus, daar
zij zijne heerschappij vrijwillig erkende, en hem zelfs
hulp bewees in den strijd tegen de Giganten en
één van deze, Klytios, doodde, niet in den Tartaros
geworpen, maar in het bezit gelaten van hare goddelijke
waardigheid en macht, ja zij werd beloond, doordat haar
eene driedubbele heerschappij werd toegestaan op de
aarde, in den hemel en in de zee. Evenals alle
chthonische godheden had ook zij eene dubbele natuur. Aan
den éénen kant, en dit schijnt de oudste trek in haar
wezen te zijn, verspreidde zij alom zegen en stond ieder
bij, die haar met offers eerde, den redenaar zoowel als
den krijgsman; den rechter gaf zij wijsheid, den
schippers eene gelukkige vaart, den landlieden de
vruchtbaarheid hunner kudden, den visschers eene goede
vangst. Zoo werd zij voornamelijk in Boiotië vereerd en
op het eiland Aigina. Zij had ook aandeel aan de
plechtigheden van de Eleusinische
mysteriën, omdat zij uit
het hol, waarin zij woonde de schaking van Persephone
had opgemerkt en die onmiddelijk aan Demeter
bericht, terwijl zij op onmiskenbare wijze hare vreugde
had doen blijken, toen moeder en dochter elkander hadden
wedergevonden. Om deze redenen was zij de gezellin en
dienares van Demeter geworden. Maar vooral bekleedde zij
eene voorname plaats in de mysteriën der Kabeiren,
die zich van de eilanden Samothrake en Lemnos uit, over
Griekenland verspreidden. -
Aan den anderen kant is zij evenwel eene schrikwekkende
godin der onderwereld, die heerscht over alle geheime
tooverkrachten der natuur. Vooral is zij de godin der
nachtelijke spoken. Men geloofde, dat zij de schimmen der
afgestorvenen uit de onderwereld naar boven zond.
Voornamelijk zond zij om de menschen schrik en angst
inteboezemen een spook, Empusa genaamd, waarmede zij zelve meermalen
geïdentificeerd werd. Dit spook zoog den menschen het
bloed uit en kon allerlei gedaanten aannemen. Hekate
zelve zwierf des nachts met de schimmen der afgestorvenen
rond, vooral op driesprongen en in de nabijheid van
graven. Wanneer des nachts de honden huilen, dan doen zij
dit, omdat zij de nabijheid van Hekate bemerken. Deze
dieren toch staan volgens het oude volksgeloof in eene
bijzondere betrekking tot de onderwereld, en honden,
vooral zwarte honden, waren dan ook aan Hekate geheiligd
en werden haar geofferd.
De beteekenis van Hekate is vooral daarom zoo moeilijk te
verstaan, omdat zij zeer dikwijls wordt verward met Selene, met Artemis en
met Persephone. In haar wezen heeft zij trekken, die met
sommige trekken uit het wezen dier drie godinnen geheel
overeenkomen, zonder toch met ééne van deze identisch
te zijn. -
Waarschijnlijk is Hekate oudtijds evenzeer als Selene
eene godin der maan geweest, maar die de maan
voorstelde in het tijdperk, waarin zij niet zichtbaar
was, in den tijd van de nieuwe maan. Dan wordt
zij tevens eene godin der onderwereld, die tot Persephone
in nauwere betrekking treedt, daar men het er voor hield,
dat de maan, als zij op aarde niet zichtbaar was, het
rijk van Hades verlichtte. In Thessalië werd een
bijnaam, die Persephone daar dikwijls droeg, "Brimo",
d. i. "de toornige" op Hekate overgedragen.
Artemis en Hekate waren beide, evenals alle godinnen, die
tot de maan in betrekking stonden, godinnen der geboorte,
die door de vrouwen werden aangeroepen, als zij een kind
zouden ter wereld brengen. Hierin ligt reeds een punt van
overeenkomst. Doch Artemis schijnt oorspronkelijk de maan
als eene vriendelijke, een zacht licht verspreidende
macht te hebben voorgesteld en na hare verwarring met
Hekate sommige meer sombere en schrikwekkende trekken uit
het wezen dezer godin der onderwereld te hebben
overgenomen, terwijl aan den anderen kant enkele zachtere
en liefelijke eigenschappen van Artemis op Hekate zijn
overgegaan.
De openbare eeredienst van Hekate schijnt niet zeer
verspreid te zijn geweest; slechts van weinige tempels
dezer godin wordt gewag gemaakt. Op Aigina had zij eenen
beroemden tempel, en ook te Argos, waar een beeld der
godin stond, door den beeldhouwer Skopas
vervaardigd. Zij had een eigen feest te Athene, waar haar
beeld werd aangetroffen aan den ingang der burgt, die zij
moest beschermen. Als zoodanig heette zij Epipyrgidia.
Bovendien had zij een tempel te Ephesos, welke aan dien
van Artemis grensde. Daar stond een marmeren beeld, dat
zóó sterk schitterde, dat de tempelwachters de
vreemdelingen, die den tempel kwamen bezoeken, moesten
waarschuwen hunne oogen geen nadeel te doen, door al te
sterk op het beeld te staren. -
Van meer belang werd de dienst van Hekate, toen de
mysteriën, waarvan hierboven gesproken is, zich over
geheel Griekenland verspreidden en ook zij tot de
godheden gerekend werd, tot wie men zich te wenden had,
om zich te reinigen van schuld en zonde en de kwade
gevolgen daarvan te voorkomen.
Doch al werd Hekate weinig in tempels vereerd, des te
algemeener verspreid was de gewoonte om voor haar op de
marktpleinen der steden altaren opterichten en voor de
poorten en de deuren der huizen kleine beelden der godin
in eene omheinde ruimte te plaatsen. Deze beelden werden Hekatesia of
Hekataia genoemd. Waarschijnlijk dienden zij, om
booze tooverijen afteweren, want in het algemeene
volksgeloof was Hekate vooral eene godin der tooverij en
had zij te beschikken over alle geheime krachten der
natuur. Daarom werd zij steeds door alle toovenaars en
tooveressen aangeroepen en de beroemdste tooveressen der
oudheid, zooals Medeia en Kirke, worden hare dochters genoemd. Op den
laatsten dag van iedere maand werd haar beeld, dat voor
de huisdeur stond, bekranst en men plaatste daarbij
allerlei spijzen, die gewoonlijk door armen werden
weggehaald. Men noemde dit "de maaltijden van
Hekate". Op driesprongen placht men houten beelden
van deze godin te plaatsen met drie aangezichten. Daar
werden als zoenoffers voor de gestorvenen op den 30sten
dag na den dood honden geofferd. Ook zwarte lammeren
werden evenzeer ter eere van Hekate als van de andere
onderaardsche goden geslacht.

Omtrent de afkomst
van Hekate waren er van elkander afwijkende verhalen in
omloop. Soms werd zij de dochter genoemd van Zeus en Hera. Door
hare moeder werd zij aan de Nymphen ter opvoeding toevertrouwd. Toen zij
volwassen was geworden, roofde zij de zalf, waarmede Hera
hare schoonheid en eeuwige jeugd wist te bewaren, en gaf
die aan Europa. Om de straf, die haar hiervoor werd
toegedacht, te ontgaan, vluchtte zij eerst naar eene
kraamvrouw en vervolgens naar eene lijkstatie. Wegens dit
laatste feit moest zij op bevel van Zeus in den Acheron door
de Kabeiren gereinigd worden en zoodoende werd zij eene
onderaardsche godheid. -
Ten tweede werd zij de dochter genoemd van Zeus en Pheraia,
de dochter van Aiolos. Door hare moeder werd zij op eenen
driesprong te vondeling gelegd, doch door herders van
koning Pheres gevonden en opgevoed. Het was vooral in
het Thessalische Pherai, dat deze legende
omtrent de geboorte van Hekate te huis behoorde. -
Eindelijk noemde men haar eene dochter van Perses, den
koning van Taurika, en beschreef haar als een
woest en wreed wezen. Op hare jachten doodde zij niet
alleen dieren, maar ook menschen. Zij had eene groote
kennis van vergiftige planten en gebruikte die tot kwade
doeleinden. Ten laatste doodde zij zelfs haren vader en
maakte zich van de heerschappij meester. Toen offerde zij
in eenen door haar opgerichten tempel alle vreemdelingen,
die in hare handen vielen. Uit haar huwelijk met Aietes zijn
volgens de legende Medeia, Kirke en Aigialos
gesproten. Kennelijk hebben we hier te doen met eene
vermenging van Hekate met de Taurische Artemis, aan wie
menschenoffers gebracht werden. (Zie Artemis.) Ter eere
van deze Hekate werd o. a. te Stratonikeia in Karië
jaarlijks een feest gevierd, de Hekatesia
genaamd.
Bij de Romeinen werd de dienst van Hekate, toen die naar
Italië was overgebracht, eveneens het middenpunt, waarom
alles, wat met tooverij of spoken in verband stond, zich
bewoog. Ook hier werd zij dikwijls op driesprongen
vereerd en kreeg daarom den bijnaam van Trivia. In
den lateren keizertijd schijnt haar dienst vrij algemeen
verspreid te zijn geweest. Nog keizer Diocletianus
(284 - 305 na Chr.) stichtte te Antiochië eenen
onderaardschen dienst van Hekate. Men daalde daar met 365
trappen in haar heiligdom af.
Daar Hekate eene driedubbele natuur had, waren de
kunstenaars gewoon haar met drie lichamen voor te
stellen. Toch heeft de oude kunst haar ook meer dan eens
met eene gewone enkelvoudige menschelijke gedaante
afgebeeld. Soms gaf men haar ook drie hoofden op één
lichaam. Hare attributen zijn zeer vele in getal. Als
godin der maan en als godin der mysteriën heeft zij eene
fakkel in de handen. Dikwijls draagt zij eenen korf op
het hoofd. Verder wordt zij afgebeeld met dolken, touwen,
slangen, sleutels of appels, terwijl op den grond honden
liggen, of ook wel een stier, het gewone attribuut van
Artemis.
In het museum te Leiden is een bijna levensgroot
marmeren beeld van Hekate, waarbij hare drie lichamen om
eene hoog uitstekende zuil gegroepeerd staan. Zij dragen
alle op haar hoofd den korf, die bij de mystische
godheden gewoonlijk voorkomt, den kalathos, en
in hare op de borst liggende linkerhand een appel, het
symbool van Persephone.
De nevensgaande afbeelding [vergelijkbare
afbeelding hieronder; Kox]
stelt een Hekate-beeld voor, dat zich bevindt in het
Capitolijnsche museum. Een van de drie beelden draagt
eene phrygische muts, van wier ondersten rand zeven
stralen uitsteken, in de linkerhand heeft zij den staart
eener slang, in de rechter een mes. De beteekenis dezer
attributen is niet volkomen zeker. De tweede figuur
draagt op het voorhoofd een halve maan, en daarboven eene
lotusbloem, het symbool van Isis en in beide handen fakkels. De derde
figuur heeft op het voorhoofd eenen discus
(werpschijf), in de eene hand eenen sleutel, in de andere
touwen, als deurwachtster van Hades. De kleeding der drie
beelden is geheel gelijk.

hekatesia
Zie het vorig
artikel.
|