A : artemis

artemis

Evenals onder den naam van Apollo, zoo werden ook onder den naam van Artemis eene menigte van eerediensten en voorstellingen tesamengevat, die echter alle uit eenen gemeenschappelijken oorsprong ontsproten zijn. Zooals de vereering van Apollo zich gevormd heeft en zich afgescheiden heeft uit de vereering van den zonnegod, evenzoo heeft zich de eeredienst van Artemis gevormd en afgescheiden uit die van de godin der maan, welke in de oudheid eene hooge vereering genoot èn om den invloed, dien zij op de natuur uitoefent èn om de vele verschillende werkingen, welke men aan hare kracht toeschreef. In verschillende landschappen en onder verschillende namen is die godin der maan oudtijds vereerd, zoodat het soms moeilijk valt de punten van verwantschap tusschen twee vormen van eeredienst, uit dezelfde bron gesproten, te herkennen. Maar die zoo ver van elkander afstaande voorstellingen verzoenden zich met elkander en smolten langzamerhand samen, toen in de godenwereld, die het godsdienstig eigendom werd der gansche Grieksche natie, Artemis naast Apollo gesteld werd als diens nauw met hem verbonden zuster en zich even als hij meer en meer aan de natuur onttrok, om op het gebied van de menschenwereld en het zedelijk leven over te gaan.
Zoo ontstond de Artemis, die in
Delphoi en op Delos naast Apollo werd vereerd. Zij is geheel het vrouwelijk evenbeeld van haren broeder, zóó echter, dat vele trekken, die in haar wezen minder ontwikkeld zijn bij hem op den voorgrond treden, en omgekeerd, zoodat zij elkander als het ware aanvullen. Over het geheel is evenwel het wezen van Apollo rijker en schitterender ontwikkeld; maar daarentegen nam Artemis weder onderscheidene trekken over van die godheden uit den grijzen voortijd, wier naam zij droeg, maar aan wier wezen zij was ontwassen. Veel van die oude eerediensten waren zóó vast in het volksleven geworteld, dat de hervormende kracht van de nieuwere godsdienstige denkwijze der Grieken, die alle godheden en mythen der verschillende landschappen en staten tot een tesamenhangend geheel trachtte te vereenigen, hen niet geheel kon doen verdwijnen.
Artemis is de tweelingzuster van Apollo, de dochter van
Zeus en Leto, geboren op het eiland Delos, dat oudtijds Ortygia d. i. "het kwarteleiland" zou geheeten hebben. De kwartel is aan Artemis geheiligd, ook omdat hij door zijne komst de lente aankondigt en dus den tijd medebrengt, waarin haar ter eere de voornaamste feesten werden gevierd. Zij zelve droeg ook dien bijnaam van Ortygia, en verscheidene plaatsen, die aldus geheeten werden, beroemden zich er op de geboorteplaats der godin te zijn. -
Met haren broeder en hare moeder is ze zoowel in den eeredienst als in de mythe nauw verbonden. Zij nam aan Apollo's voornaamste daden deel, b. v. aan het dooden van den draak
Python, aan de bestraffing van Niobe. Met hem trok ze naar het land der Hyperboraiërs. In alle voorname tempels van Apollo werd ook Artemis vereerd. Aan zijne feesten had zij haar aandeel. Evenzeer als aan hem is aan haar de laurier gewijd. Evenals Apollo de schoonste der goden is, munt ook zij onder de godinnen door schoonheid uit. Zij heeft een fiere, slanke gestalte en het is eene eer voor vrouwen en jonkvrouwen om met haar vergeleken te worden. Zij is eene reine en kuische jonkvrouw in de volle kracht der jeugd. Aphrodite vermag op haar geen invloed uitteoefenen en is steeds hare vijandin. Haar is daarom de met lentebloemen bezaaide grazige weide, het beeld der teedere maagdelijkheid, gewijd. -
Hare priesters en priesteressen moesten het voorbeeld harer kuischheid volgen, en wie van de nymphen, die haar omgaven, hare maagdelijkheid niet zuiver en rein bewaarde, werd streng door haar gestraft. -
Naar die jeugdige, frissche kracht, die zij weet te behouden draagt ze haren naam, die "gezond" en "krachtig" beduidt. En zij is het ook, die diezelfde eigenschappen aan de vrouwen der aarde verleent. Bovenal wordt zij door de jonkvrouwen vereerd. Haar geeft zij eene schoone gestalte en gezondheid; zij bewaart hare maagdelijkheid, en voert haar later tot het door haar gewenschte doel van den echt. Zij is de godin der bruiloft, en vóór de voltrekking van het huwelijk wijdde de bruid haar haren gordel. Den gesloten echt blijft zij beschermen en de barende vrouwen staat zij met hare hulp bij. Van daar, dat zij later met
Eileithyia werd geïdentificeerd. (Zie aldaar.) En niet alleen de moeders stond zij bij, maar ook de kinderen hield zij onder hare hoede en zij voedde de jongelingen op. -
Al wat jong is in de natuur, is een voorwerp van hare zorg, met name het jonge wild, dat daarom somtijds in de nabijheid harer tempels met groote zorg werd aangefokt.
Maar die voorstelling van Artemis als de godin, die leven geeft en kweekt, als de beschermvrouw der teedere jeugd en van de vrouwelijke kunne krijgt nog eene grootere uitbreiding. -
Evenals haar broeder Apollo waakt zij niet alleen over het heil des lichaams, maar zij is tevens eene godin, die zegen aanbrengt in de meest verschillende betrekkingen des levens. Zij genas met hare moeder den gewonden
Aineias, haar offerde men om kranken te doen genezen; van oudsher was zij de Hekaërge, "de uit de verte afwerende." Zij is de godin van genezende bronnen en wateren. Als eene pest moest afgewend worden, trachtte men evenzeer haar als Apollo te verzoenen. Maar zooals zij de pest kan afweren, kan ze die ook verwekken. In hare hand ligt leven en dood; vooral zendt zij met hare pijlen aan vrouwen eenen snellen dood toe. -
Evenals Apollo beschermt ook zij de wegen te land en ter zee.
Agamemnon wijdde haar het roer van zijn schip, opdat zij den tegenwind zou doen ophouden, die hem belette naar Troje te trekken. -
Zij beschermt ook de velden en geeft vruchtbaarheid, zij bewaakt steden en landen. Zij is eene redster in den hoogsten nood, maar vooral in den nood des oorlogs, die gevoerd wordt om de vrijheid te verdedigen. Zij heet daarom ook Eleuthera, d. i. "de vrijë". De Atheners en de inwoners van Megara eerden haar wegens hare hulp hun in den oorlog tegen de Perzen bewezen. De oude krijgsman wijdde haar aan het einde zijner loopbaan zijne wapenen. -

Kleurplaat : Artemis ( www.geocities.com/Athens/2962/colourbook/ )

Artemis bemint de steden der rechtvaardige mannen. Waar recht en wet heerschen, daar brengt zij zegen aan. Maar de mensch moet zich wel wachten, om door misdaad of onrecht, of door geringschatting de waardigheid der godin te krenken; dan wordt zij eene toornige godheid, dan straft zij zwaar. Dat heeft Agamemnon ondervonden, die de aan haar gewijde hinde doodde; dat heeft Oineus te laat ingezien, toen het Kalydonische everzwijn zijne velden verwoestte, omdat hij geweigerd had aan Artemis te offeren. (Zie verder Aktaion, de Aloïden, Buphagos, Chione, Kallisto, Niobe.) Maar waar onrechtvaardige mannen wonen, die tegen haar of tegen anderen misdoen, daar schiet zij hare pijlen af, daar valt het vee onder zware ziekten, daar vernielt hagelslag den oogst, daar worden jongelingen en grijsaards weggerukt door eenen plotselingen dood, daar sterven de vrouwen, als zij hare kinderen ter wereld brengen. Bestendig houdt zij toezicht op het doen en laten der menschen en waar zij het recht ziet schenden, daar treedt zij wrekend en straffend op. Als zoodanig heet zij Opis of Upis d. i. "de toeziende." -
Als reinigende en voorspellende godin komt zij zelden voor, hoewel ook die gedeelten van de taak haars broeders niet geheel van haar gebied waren uitgesloten. Dat zij even als haar broeder de muziek beminde, blijkt vooreerst uit de koren van jonkvrouwen, die op hare feesten, welke meest alle in de lente gevierd werden, hunne feestliederen aanhieven. Maar ten andere voert zij op den
Olympos, al zingende den reidans der Horen en Chariten en andere jeugdige godinnen aan, terwijl Apollo zelf met de cither in de hand het koor der Muzen bestuurt. Vooral de dans is haar een genot. Wanneer zij, moede van de jacht, zich verfrischt heeft door in een koele bron een verkwikkend bad te nemen, dan voert ze met hare nymphen, boven wie ze meer dan een hoofd uitsteekt, liefelijke reidansen uit en het hart harer moeder Leto trilt van vreugde, als zij de onschuldige vermaken harer schoone dochter aanschouwt. -
Eene eigenschap, die bij Apollo minder op den voorgrond treedt, de liefde voor de jacht, is daarentegen bij Artemis zeer ontwikkeld. Bij uitnemendheid is zij de godin der jacht en heet als zoodanig Agrotera. Zij is zelve eene snelle, krachtige jageres en door de jeugdige nymphen, die haar steeds vergezellen, omgeven, zwerft zij door de schaduwrijke wouden en over de hooge bergen en jaagt op herten en everzwijnen, hazen en reeën, welke dieren zij daarentegen, zooals we reeds zagen, ook koestert en kweekt. Vooral in de wouden en op de bergen van den Peloponnesos, in Arkadië en in het land der jachtlievende Lakedaimoniërs pleegt zij zich in dit vermaak te verlustigen. Daar is het voornamelijk dat zij zich den naam verworven heeft van Iöcheaira, d. i. "de zich in pijlen verheugende" en van Elaphebolos d. i. "de hertendoodster." Naar dien laatsten naam werd zelfs haar ter eere in de lente het feest der Elapheboliën gevierd. Van alle dieren, waarop zij jacht maakt, is bovenal het hert haar geheiligd. Het wordt als haar eigendom in hare tempels gevoed. Herten trekken haren wagen en bij sommige plechtige optochten haar ter eere gehouden reden hare priesteressen op eenen wagen door herten getrokken. Ook het everzwijn en de beer zijn haar gewijd; kortom zij is de godheid onder wier gebied alle soorten van wild te huis behooren. De jager weet aan haar dank voor zijne goede vangst en de koppen en klauwen, de huid en het gewei hangt hij haar ter eere aan eenen boom of in haren tempel op.

Diana (1881) : schilderij van Walter Crane (1845 - 1915)

Dat is de voorstelling van Artemis, zooals zij zich in den geest der Grieken vormde, toen de Grieksche mythologie door het samensmelten der Grieksche stammen hare hoogste ontwikkeling had bereikt. Die voorstelling was ontstaan uit verschillende mythen, welke ieder slechts ééne, of slechts enkele trekken van haar wezen geheel hadden uitgewerkt. Sommige daarvan lieten in den eeredienst der Grieken sterke, blijvende sporen achter. Op vier dezer wijzen van vereering moet nog in het bijzonder de aandacht gevestigd worden.
1. Aan Artemis als de koene, vlugge jageres sluit zich als van zelve aan de Pelasgische Artemis, die vereerd werd in het landschap Arkadië.
Deze Artemis is eene godin der maan. Door haar zacht licht en de frissche nachtlucht en door den dauw, die, volgens de meening der ouden door de maan werd voorgebracht, voedt en kweekt zij alle plantenleven en daardoor al wat er op aarde leeft. Zij is een godin der frissche velden en der groene wouden, die door het levenwekkende vocht, dat zich in bronnen en stroomen, in meeren en zeeën verzamelt, boom en struik, gras en kruid doet groeien, en die ook de dieren van het woud en van het veld en de kudden beschermt en voedt. Omgeven door hare nymphen, die van gelijke natuur zijn als zij, zwerft ze rond op de met bosch bedekte bergen en in de waterrijke dalen, en plukt bloemen, baadt zich in de bronnen, maakt jacht op het wild en schenkt welwillend aan jagers en herders voorspoed bij hun werk. -
In Arkadië was deze Artemis oudtijds de nationale godheid. Zij had er tal van heiligdommen en naar die heiligdommen tal van namen. "Naar duizend bergen, duizend steden en rivieren draagt zij hare namen". -
Zij werd beschouwd als de stammoeder der Arkadiërs; want eene harer bijnamen was ook Kalliste of Kallisto, d. i. "de schoonste", en bij deze verwekte Zeus
Arkas. Later, toen de Arkadische Artemis met de maagdelijke zuster van Apollo vereenzelvigd was, maakte men van Kallisto een afzonderlijk wezen, eene nymph uit de omgeving der godin, die later in eene beerin werd veranderd. (Zie Kallisto.) Als levenwekkende godin der natuur was deze Artemis nauw verwant met Demeter en Dionysos.
2. Artemis Munychia,
Brauronia, Taurika, Orthia. -
In de havenstad van Athene, Munychia, die naar deze godin geheeten was, stond een tempel haar gewijd. Men verklaarde den naam als verkorting van een woord, dat zou beduiden: "de alleen in den nacht schijnende"; we hebben hier dus weder te maken met eene godin der maan. Naar haar heette de maand Munychion, waarin op den dag der volle maan haar ter eere het feest der Munychia gevierd werd. Zij werd voor dezelfde gehouden als
Hekate en Bendis, beide godinnen der maan. -
Geheel dezelfde godin werd in het Attische vlek Brauron vereerd, waar om de vier jaren een feest, de Brauronia, haar ter eere werd gevierd, waarschijnlijk ook in den lentetijd, als de scheepvaart weêr een aanvang nam, maar de zee nog stormachtig was.

De resten van Artemis' heiligdom te Brauron

Beide plaatsen, Munychia en Brauron, hadden een zonderling gebruik en eene mythe, die het verklaarde, gemeen. De godin was namelijk eens vertoornd, omdat eene haar gewijde beerin, die, met een meisje spelende, dit gewond had, gedood was. Zij zond nu pest en hongersnood over het land, en toen tot verzoening van het vergrijp door het orakel het offeren van een meisje geeischt werd, bood zekere Embaros aan zijne dochter te geven, mits in zijn geslacht de priesterlijke waardigheid van Artemis erfelijk zou blijven. Dit werd aangenomen, doch Embaros verborg zijne dochter en offerde in hare plaats eene geit, die hij in het kleed eener jonkvrouw had gehuld, of wel volgens eene andere mythe zou de godin geëischt hebben, dat de Attische jonkvrouwen haar in de gedaante van beerinnen zouden dienen ten zoen voor de gedoode beerin. Daarop grondde zich nu het gebruik, dat te Brauron en te Munychia, de jonge meisjes van 5 tot 10 jaren op haar feest tot hare dienaressen gewijd werden. Zij droegen dan kleederen, die in kleur op de huid eener beerin geleken, en de ouders offerden voor ieder eene geit. Ieder meisje moest vóór haar huwelijk deze wijding ondergaan. -

Standbeeld van zo'n jong meisje, gekleed in chiton en himation; in haar hand heeft zij een konijntje. Uit Brauron, 4e eeuw voor Chr.

Zoo stonden dus de jonge meisjes tot deze godin in betrekking voor haar huwelijk. Ook bij het huwelijk werd Artemis geëerd, gewoonlijk door het wijden van het beeld eener jonkvrouw. Na eene bevalling wijdde de gehuwde vrouw haar het onderkleed, waarin zij haar kind ter wereld had gebracht. Het schijnt dat die wijding van jonge meisjes tot beerinnen-priesteressen de menschenoffers vervangen had, want deze Artemis was dezelfde, die, toen Agamemnon, op het punt om naar Troje uit te varen, te Aulis eene haar geheiligde hinde gedood had, diens dochter Iphigeneia als zoenoffer eischte, doch toen de jonkvrouw gedood zou worden, zelve haar door een dier verving en haar wegvoerde naar Tauris, om haar daar als priesteres in haren tempel te plaatsen. Later zou dan Iphigeneia het beeld der godin uit Tauris naar Brauron hebben overgebracht. (Zie Iphigeneia.) Deze Taurische Artemis, welke den bijnaam Tauropolos droeg, werd door de latere Grieken voorgesteld als eene Skythische godin, hoewel haar eeredienst oorspronkelijk echt Grieksch was en zij haren voornaamsten zetel had op het eiland Lemnos. Oudtijds werden ook haar menschenoffers gebracht, doch de beschaving en ontwikkeling der Grieken deden die alras verdwijnen. Toen zij nu later op het schiereiland, dat de Grieken Tauris (nu de Krim) noemden, den dienst aantroffen eener Skythische maagdelijke godin, aan wie menschenoffers gebracht werden, verklaarden ze deze voor hunne Artemis en vleiden zich met de gedachte, dat zij de wreede gebruiken van dien Skythischen eeredienst hadden verzacht. Dat echter de dienst van Artemis oudtijds bij de Grieken wel degelijk menschenoffers eischte, blijkt ook uit de vereering van Artemis Orthia te Sparta. Ook daar beweerde men het echte houten beeld te hebben, dat door Orestes en Iphigeneia uit Tauris was medegebracht. Het was in een bosch gevonden en zij, die het gevonden hadden waren dadelijk waanzinnig geworden. Men stelde ter harer eere feesten in, die evenwel gewoonlijk in moord en doodslag ontaardden. Daarom zond de godin eene pest en op de aan het orakel gerichte vraag, hoe de vertoornde Artemis verzoend moest worden, was het antwoord, dat men haar altaar met bloed moest besproeien. Nu werd voortaan degeen geofferd, wien het lot daartoe aanwees, tot Lykurgos dit gebruik verving door de knapen voor het altaar der godin te laten geeselen, tot het bloed uit hunnen rug stroomde. -

Resten van het heiligdom van Artemis Orthia te Sparta

Den naam Orthia leidt men gewoonlijk af van de rechtopstaande gestalte van het beeld. Ook op vele andere plaatsen beweerde men het heilige beeld, dat door Orestes en Iphigeneia uit Tauris was medegebracht, te bezitten.
3. Op Kreta werd eene godheid vereerd, die geheel met Artemis moet gelijkgesteld worden, namelijk
Britomartis Diktynna. Op de eene plaats droeg zij den éénen naam, op de andere den tweeden. Beide werden vereenigd door den volgenden mythus: Britomartis was eene nymph uit Kreta, eene jageres en eene vriendin van Artemis; zij werd door Minos bemind, die haar negen maanden lang overal vervolgde, tot hij haar eindelijk had ingehaald, toen zij uit wanhoop in zee sprong, doch in vischnetten terecht kwam, zoodat zij gered werd. Artemis verhief haar tot den rang van godin en zij werd vereerd onder den naam van Diktynna, d. i. "de in netten gevangene." Langzamerhand werd zij evenwel geheel met Artemis geïdentificeerd. Ook zij werd als eene godin der maan beschouwd, ook zij zwierf in door de maan verlichte nachten over de bergen en door de bosschen rond. Zij werd gesteld naast Apollo Delphinios en vooral door visschers, zeelieden en kustbewoners vereerd. -
Geheel dezelfde als deze Artemis is Artemis Aphaia, d. i. "de verdwenene", die op het eiland Aigina werd vereerd. Britomartis zou om hare maagdelijkheid te bewaren van Kreta derwaarts gevlucht zijn met behulp van een' visscher Andromedes. Toen deze zelf haar geweld wilde aandoen vlood zij in het heilige bosch van Artemis en verdween daar. Ze werd voortaan door de inwoners van Aigina vereerd, doch ook hier smolt haar dienst geheel met dien van Artemis samen.
4. Eindelijk de Ephesische Artemis. Dit is eene geheel andere godin met een geheel Aziatisch karakter. Zij beteekent de altijd door voortbrengende en voedende kracht der natuur. Het beeld van deze godin geleek eenigermate op eene mummie en haar gansche lichaam was met borsten bezet, om hare groote voedingskracht aanteduiden.

Alles in haren dienst bewijst, dat zij een wezen was, geheel van Aziatischen, niet van Griekschen oorsprong. Om welken trek van gelijkenis de Grieken haar met Artemis hebben geïdentificeerd, is niet bekend. Later, toen zij eenmaal met de Grieksche Artemis was gelijkgesteld, werden ook vele mythen, die op deze betrekking hadden op haar overgedragen. Haar symbool was de bij. Hare priesteressen heetten Melissen, d. i. "bijën". Haar tempel te Ephesos was buitengewoon prachtig.

Bij de Romeinen heeft men op de godin Diana, oorspronkelijk eene echt Italische godin, later veel wat op de Grieksche Artemis betrekking had, overgedragen. Zie Diana en Aricina.
Zoo was dan, gelijk wij gezien hebben, de Artemis, die het eigendom was geworden der gansche Grieksche natie, gedurende langen tijd niet een godin der maan, maar eene maagdelijke jageres, die de bergen en de bosschen liefheeft en daarbij eene godin van heil, van licht en leven, die zich een ruimen werkkring wist te verwerven op het gebied van het menschelijk ook van het zedelijk leven. Doch toen in de tweede helft der vijfde eeuw het onderscheid tusschen haren broeder Apollo en den zonnegod langzamerhand weder verdween, toen smolt ook de Helleensche Artemis wederom met
Selene inéén en werd weder wat zij oorspronkelijk geweest was. Vandaar eene groote verwarring der mythen, die op Artemis en Selene betrekking hebben, welke nog vermeerderd werd, toen ook Hekate, eene Thrakische godin der maan, die aan de noordelijke kusten der Aigaiïsche zee vereerd werd, met Artemis werd gelijkgesteld.
Behalve de reeds genoemde dieren was haar ook de hond geheiligd, haar bestendige medgezel op de jacht.
De kunstenaars waren gewoon haar voor te stellen als eene slanke en vlugge jonkvrouw. Haar borst en hare heupen hebben niet de gewone vrouwelijke volheid en ronding. Bijna altijd wordt zij blijkbaar als eene godin der jacht voorgesteld met hoog opgegord gewaad en hooge schoenen. Alleen bij de in het binnenste van den tempel geplaatste beelden werd zij afgebeeld met eene lang nederhangende kleeding en droeg dan behalve den boog gewoonlijk nog eene fakkel, het symbool der godin, die licht en leven schenkt.
Het beroemdste van alle overgebleven beelden van Artemis is de zoogenaamde Diana van Versailles, uit de villa van keizer Hadrianus bij Tibur (Tivoli.). Alleen de linkerarm van dit beeld is van lateren tijd. Zij wordt hier voorgesteld als eene beschermster, niet als eene vervolgster van het wild, op het oogenblik, waarop zij eene opgejaagde hinde is ter hulp gesneld, en, nadat zij het dier bereikt heeft, met toornigen blik naar den vervolger omziet. -

Over de voorstelling der Ephesische Artemis door de kunst is reeds boven gesproken. -
De laatste der beide nevensgaande afbeeldingen [niet afgebeeld; Kox] toont Artemis als godin der jacht, de eerste [niet afgebeeld; Kox] stelt de Ephesische Artemis voor.