A : antikleia - aphrodisia
antikleia (anticlea)
De dochter van den als een'
sluwen dief bekenden Autolykos, de gade van Laërtes en
de moeder van Odysseus. Zij stierf uit smart over de lange
afwezigheid van haren zoon. Odysseus trof haar naderhand
in de onderwereld aan en sprak daar met haar. -
Eene latere sage, die ten doel had om de in de oudheid
door hunne listigheid bekende personen in betrekking van
bloedverwantschap tot elkander te brengen verhaalde, dat
Odysseus niet de zoon was van Laërtes, maar van den
sluwen Sisyphos. Toen Autolykos namelijk runderen van
Sisyphos gestolen had, en deze die kwam terughalen,
verbond hij zich met Antikleia, die hierdoor, toen zij
kort daarna met Laërtes huwde, reeds zwanger was van
Odysseus.
antiklos (anticlus)
Een van de Grieken, die zich
voor Troje in het houten paard hadden verborgen. Toen Helena met Deïphobos,
met wien zij na den dood van Paris gehuwd was, om het houten paard
wandelde, dat op de burgt gesleept was, riep zij, reeds
in overleg met Odysseus handelende de voornaamsten en edelsten
der Grieken bij hunnen naam, de stemmen hunner
echtgenooten nabootsende, om zoodoende de Trojanen in
hunne vergissing te versterken. [?????? Kox] Antiklos
wilde haar antwoorden, maar Odysseus belette hem dit door
met de hand zijnen mond gesloten te houden, tot Athena
Helena van de burgt had weggevoerd.
antilochos (antilochus)
De zoon van Nestor en
van Eurydike, of van Anaxibia, de
jongste in het leger der Grieken voor Troje, dapper en
moedig, schoon en behendig, en daarom na Patroklos de
beste vriend van Achilleus.
Achilles vecht
met Memnon om het lijk van Antilochus
(zwartfigurige amfoor, ca. 500 voor Chr.)
Hij viel door de hand van Memnon, den
aanvoerder der Aithiopiërs, toen hij zijnen in nood
verkeerenden vader te hulp snelde, waarom hij den bijnaam
van Philopator verkreeg. Hij werd in het graf
van Achilleus en Patroklos begraven. Ook in de
onderwereld zijn de drie vrienden nauw verbonden, of
volgens anderen leven zij gezamenlijk op het eiland der
zaligen Leuke. De inwoners van Ilion brachten
aan de drie vrienden bij hun graf doodenoffers.
antimachos (antimachus)
Een Trojaan, die, toen Menelaos en Odysseus als
gezanten naar Troje gezonden waren om Helena op te
eischen, den raad gaf om Menelaos te dooden en zich
steeds ten krachtigste tegen de teruggave van Helena
verzette. Daarom spaarde Menelaos later zijne zonen Peisandros
en Hippolochos in den strijd niet.
antinoë
De dochter van Kepheus
voerde op bevel van het orakel de inwoners van Mantinea,
door eene slang geleid, uit hunne oude stad, naar de
plaats, waar zij zich nieuwe woningen moesten bouwen. Ter
harer nagedachtenis werd een gedenkteeken opgericht.
antinoös (antinous)
De zoon van Eupeithes
uit Ithaka, die gedurende de afwezigheid van Odysseus
niet alleen naar de hand van Penelope dong, maar ook trachtte zich van de
regeering meester te maken en daarom aan Telemachos
lagen legde. Toen Odysseus als bedelaar vermomd
terugkeerde wierp Antinoös eene voetbank naar hem. Hij
was ook oorzaak van het gevecht, dat Odysseus met Iros houden
moest. (Zie Odysseus.) Kortom, hij was de boosaardigste
onder de vrijers van Penelope. Daarom was hij ook de
eerste, die onder de handen van Odysseus viel.
antinous
De lieveling des keizers Hadrianus,
was afkomstig uit Bithynië en was om zijne schoonheid
zeer beroemd. De oorzaak van zijnen vroegtijdigen dood is
onzeker; of uit tegenzin in het leven, of uit
zelfopoffering voor den keizer, verdronk hij zich in den
Nijl. De keizer bouwde hem tempels en altaren, beval hem
als eenen god te eeren en plaatste zijn beeld onder de
sterren, door aan een gesternte tusschen den Arend en den
Dierenriem zijnen naam te geven. Hij stichtte voorts ter
zijner eere eene stad en stelde feesten voor hem in,
zoodat de eeredienst van Antinous zich weldra alom
verspreidde. Er zijn prachtige beelden van hem
overgebleven, kennelijk aan de breede borst, die een
tijdlang voor de allerschoonste der oudheid doorgingen.
antiope
(1) De dochter van koning Nykteus van
Thebe, of volgens anderen van den riviergod Asopos, de
moeder van Amphion en Zethos, om hare uitstekende schoonheid beroemd
en eene dier sterfelijke vrouwen, die in de liefde van Zeus
deelden. (Zie Amphion.) Toen zij zich zwanger gevoelde,
vluchtte zij voor den toorn haars vaders uit Thebe naar
den koning Epopeus te Sikyon, die haar huwde. Nykteus
doodde zich uit droefheid en droeg aan zijnen broeder Lykos op
haar terugtehalen. Deze deed dit, verwoestte Sikyon en
bracht Antiope gevankelijk terug. Gedurende twintig jaren
leed zij van Dirke, de gemalin van Lykos, die zij als
slavin diende, de wreedaardigste behandeling. Hare
tweelingzonen, waarvan zij op de terugreis van Sikyon
beviel, waren door haar in het bosch gelegd, doch door
eenen herder gevonden en opgevoed. Eindelijk ontvluchtte
Antiope naar hare inmiddels volwassen zonen, die daarop
met een leger naar Thebe rukten en op de snoode Dirke de
bloedigste wraak namen. Zij werd namelijk met de haren
aan de hoornen van eenen wilden stier gebonden, eene
straf, die zij voor de door haar op hare vlucht gevangen genomen Antiope
had bestemd. Later zwierf Antiope in waanzin, waarmede Dionysos
haar voor de door hare zonen aan Dirke genomen wraak
strafte, door geheel Griekenland. Dirke was namelijk
steeds eene trouwe dienares van Dionysos geweest en deze
beschouwde de op haar toegepaste straf als al te wreed.
Eindelijk kwam zij bij Phokos, een kleinzoon van Sisyphos,
die haar genas en huwde. De straf van Dirke werd door de
beeldhouwers Apollonios en Tauriskos in een groot
beeldhouwwerk voorgesteld, dat later van het eiland
Rhodos naar Rome werd overgebracht; het staat thans nog
te Rome in het paleis Farnese, waarom het de
"Farnesische stier" genoemd wordt; het wordt
voor het grootste kunstwerk van dien aard gehouden, dat
uit de oudheid tot ons gekomen is. -
Toro Farnese : nu in het Museo
Archeologico Nazionale te Napels
(2) Eene andere Antiope was de
zuster van Hippolyte, de koningin der Amazonen,
(Zie aldaar.) de dochter van Ares. Zij werd de gemalin van Theseus.
Over de wijze, waarop Theseus hare hand verwierf zijn de
overleveringen verschillend. Volgens sommigen kreeg hij
haar ten geschenke van Herakles, toen hij hem in den strijd tegen de
Amazonen had bijgestaan, dien Herakles ondernam om den
gordel van Hippolyte voor Admete, de dochter van Eurystheus,
te halen, of Antiope door liefde voor Theseus bewogen
opende voor hen de poorten van Themiskyra. (Zie
Amazonen.) Volgens anderen ondernam Theseus, geholpen
door zijnen vriend Peirithoös eenen afzonderlijken krijgstocht tegen
de Amazonen, waarbij hij Antiope krijgsgevangen maakte.
Hij voerde haar mede naar Attika en verwekte bij haar Hippolytos.
De overige Amazonen ondernamen eenen tocht naar Attika om
haar terugtehalen. Bij den strijd, die hierdoor ontstond,
werd Antiope, òf aan de zijde van haren gemaal Theseus
strijdende, gedood, òf het gelukte haar hare vroegere
gezellinnen met haren echtgenoot te verzoenen.
Antiope
antiphas
Een der zonen van Laokoön,
die in het ongeluk zijns vaders moest deelen. (Zie
Laokoön.)
antiphos (antiphus)
(1) Een zoon van Priamos en Hekabe, die
eerst door Achilleus gevangen werd genomen en later, nadat
hij vrijgekocht was en weder aan den strijd deelnam, door
Agamemnon werd gedood.
(2) Een der makkers van Odysseus, die door Polyphemos (Zie aldaar.) werden verslonden.
antiphates
Koning der Laistrygonen. Toen Odysseus op
hunne kust landde en drie zijner manschappen het land
inzond, om kondschap in te winnen, greep Antiphates
dadelijk een van hen om dien op te eten.
John Flaxman -
1805 - Tate Gallery
De beide anderen ontkwamen. Hij
riep zijn volk op om zich van de schepen van Odysseus
meester te maken en alleen deze ontkwam met zijn eigen
vaartuig en de makkers die daarop waren.
aoide
Eene van de drie Muzen, wier
dienst in den alleroudsten tijd door de Aloïden
in Boiotië werd ingevoerd.
aonides / aoniden
Naam der Muzen. Zij
werden aldus genoemd naar Aönia, een ouderen
naam voor Boiotië, alwaar zij op den Helikon
haren lievelingszetel hadden.
apate
Eene vrouwelijke personificatie
van het bedrog of de verblinding.
apaturia
Een feest, vooral te Athene met
vele offers gevierd, waarbij de jonggeboren kinderen in
de phratriën, d. i. in een bepaald geslacht,
(ieder Athener moest in eene phratria worden
ingeschreven) werden opgenomen. Voor ieder kind werd bij
die opneming een offer gebracht.
apeliotes
De Oostewind, een
blijmoedige god, die aan de Grieken over de zee den
verfrisschenden regen aanbracht. Gewoonlijk begon hij te
waaien bij het opkomen van het zevengesternte. Hij werd
te Athene afgebeeld als een door de lucht zwevende
krachtige jongeling met zwierende lokken, een vriendelijk
gelaat, een open voorhoofd en een licht opperkleed, dat
ten teeken van zegen met bloemen en vruchten gevuld was.
apemosyne
De zuster van Althaimenes
en door hem gedood. (Zie Althaimenes.)
aphaia (aphaea)
Bijnaam van Artemis.
(Zie Andromedes.)
aphareus
De zoon van den Messenischen
koning Perieres en Gorgophone, de
dochter van Perseus, was de gemaal van Arene en de
vader van Lynkeus, Idas en Peisos, waarvan de twee
eersten onder den naam van Apharetiden bekend en beroemd
zijn door hunnen strijd met de Dioskuren.
(Zie aldaar.)
aphidnos (aphidnus)
Een vriend van Theseus, die
woonde in Aphidnai, aan wien deze Helena en
zijne moeder Aithra ter bewaring gaf, toen hij met zijnen
vriend Peirithoös Persephone uit de onderwereld wilde gaan halen.
Toen later de Dioskuren in Attika kwamen, werden zij door
Aphidnos in de Eleusinische
mysteriën ingewijd. (Zie
Dioskuren.)
aphrodisia
Feesten, gevierd ter eere van Aphrodite,
voornamelijk op het eiland Kypros (Cyprus), en wel het
meest in de stad Paphos. Geene bloedige offers
mochten daarbij aan de godin gebracht worden, die hier
onder de gedaante van een spitsen ronden kegel of van
eene kleine witte pyramide vereerd werd. De vlam van het
offervuur, wierook en myrrhe waren haar welgevallig.
Later schijnen de Aphrodisia met aan Aphrodite gewijde
mysteriën gepaard te zijn geweest. De inwijding in die
mysteriën diende evenwel niet tot bevordering der
zedelijkheid. Na den tempel te Paphos was de beroemdste
tempel dezer godin op Kypros die te Amathus. Ook daar
werden Aphrodisia gevierd, even als op het haar gewijde
eiland Kythera. Verder vinden wij vermeld
Aphrodisia, die op Aigina, te Thebe, te
Korinthe en te Athene werden gevierd,
hoewel ze stellig door geheel Griekenland zijn verspreid
geweest. In de meeste plaatsen werd voornamelijk door de
hetairen met hare minnaars aan die feesten deelgenomen.
|