Over de Horatiërs en de Curiatiërs (2)

Het staat vrijwel vast tussen de auteurs, dat de Horatiërs Romeinen, de Curiatiërs Albanen waren. Met deze drielingbroers spreken de koningen af, dat zij voor hun vaderland vechten met het zwaard: daar zal de macht zijn, (van)waar de overwinning is geweest (futex). Niets wordt geweigerd (Men is het geheel eens); tijd en plaats schikt.
Voordat zij vochten, werd er een verdrag gesloten tussen de Romeinen en de Albanen met deze voorwaarden, dat van welk volk de burgers in dat gevecht wonnen, dat over het andere volk vreedzaam zou heersen. Nadat het verdrag gesloten is, grijpen de drielingen de wapens en dalen af naar het veld.
Het teken wordt gegeven en meteen stormen zij op elkaar af. Eerst kon door het stof niemand onderscheiden, wie de winnaars, wie de overwonnenen waren, maar eventjes later bleek, dat twee Horatiërs gesneuveld waren, de drie Curiatiërs over waren, maar gewond.
De ene Horatius, die over was, toevallig ongedeerd, neemt snel de vlucht, om de tegenstanders te scheiden. Hij was al enige afstand weggevlucht, wanneer hij omkijkt en ziet, dat de tegenstanders een grote afstand van elkaar verwijderd zijn.
Toen rende hij met een grote aanval terug naar de eerste en doodde hem, voordat de broers te hulp konden komen. Daarna wendde hij zich tot de tweede, die, (omdat hij) zwaarder gewond (is) gemakkelijk wordt gedood. De derde Curiatius overwinnen was toen een lichte zaak (een makkie).