Correctie Les 50

Oefening 2

1. dolore acri: abl. sing.: fel verdriet
2. verba audacia (2 keer): nom. en acc. plur.: brutale woorden
3.
deorum immortalium: gen. plur.: onsterfelijke goden
4. lac recens (2 keer): nom. en acc. sing.: verse melk
5. virtutis constantis: gen. sing.: standvastige moed
6. audacia simili: abl. sing.: gelijke overmoed / brutaliteit
7. tempestati vehementi: dat. sing.: hevige storm
8. vulnerum gravium: gen. plur.: zware wonden
9. equos alacres: acc. plur.: vurige paarden
10. agricolae pauperes: nom. plur.: arme boeren
11. in urbe vetere: abl. sing.: in de oude stad
12. vitae brevis: gen. sing.: kort leven
13. virorum fortium: gen. plur.: dappere mannen
14. proelium pedestre (2 keer): nom. en acc. sing.: gevecht te voet, infanteriegevecht
15. cum equitibus celeribus: abl. plur.: met snelle ruiters
16. in montibus omnibus: abl. plur.: op alle bergen
17. victoriam facilem: acc. sing.: gemakkelijke overwinning
18. Neapolim celebrem: acc. sing.: beroemd / drukbezocht Napels
19. agri fertiles: nom. plur.: vruchtbare akkers
20. regum divitum: gen. plur.: rijke koningen

Oefening 3

1. celebria huius poetae carmina: de beroemde gedichten van deze dichter
2. canes doloribus acribus vexati: honden, gekweld door felle pijnen
3. audacia istius militis scelera: de brutale misdaden van die soldaat
4. fons celerium piscium plenus: een bron, vol (van) snelle vissen
5. virtute constanti pugnatum est: er is gevochten met standvastige moed
6. hac virorum fortium victoria: door deze overwinning van dappere mannen
7. similia utriusque consulis verba: de gelijke woorden van beide consuls
8. vi tempestatum vehementium: door het geweld van de hevige stormen
9. vetera illius urbis aedificia: de oude gebouwen van die stad
10. frigus huius mensis Decembris: de koude van deze maand december
11. hostes proelio pedestri victi: vijanden, overwonnen in een infanteriegevecht
12. omnia animalium genera: alle soorten (van) dieren