Correctie Les 12

Oefening 1

1. amamini: jullie worden bemind
2. migrat: hij verhuist
3. datur: het wordt gegeven
4. solent: zij zijn gewend
5. armaris: jij wordt bewapend
6. ornantur: zij worden versierd
7. videtur: hij wordt gezien
8. solemus: wij zijn gewend
9. movemur: wij worden bewogen / ontroerd
10. armor: ik word bewapend
11. audetis: jullie durven
12. videmini: jullie worden gezien
13. oraris: jij wordt gesmeekt
14. terreri: bang gemaakt worden
15. ornant: zij versieren
16. timemus: wij zijn bang
17. terremur: wij worden bang gemaakt
18. audent: zij durven
19. timentur: zij worden gevreesd
20. terrentur: zij worden bang gemaakt
21. pugnas: jij vecht
22. notatur: het wordt opgemerkt
23. valent: zij zijn gezond / krachtig / zij gelden
24. videris: jij wordt gezien
25. habitari: bewoond worden
26. moveri: bewogen / ontroerd worden
27. notate: merk(t) op!
28. vocaris: jij wordt geroepen / genoemd
29. navigatis: jullie varen
30. armari: bewapend worden
31. timetur: hij wordt gevreesd
32. imperate: beveel(t)! / heers(t)!

Oefening 2

1. 1e pers mv passief armare: armamur: wij worden bewapend
2. 3e pers ev actief timere: timet: hij vreest
3. 2e pers ev passief vocare: vocaris: jij wordt geroepen
4. 1e pers ev passief amare: amor: ik word bemind
5. 2e pers meerv actief solere: soletis: jullie zijn gewend
6. 3e pers meerv passief movere: moventur: zij worden bewogen / ontroerd

Oefening 3

1. terreo -> terreor: ik word bang gemaakt
2. movetis -> movemini: jullie worden bewogen / ontroerd
3. timent -> timentur: zij worden gevreesd
4. vocamus -> vocamur: wij worden geroepen
5. armas -> armaris: jij wordt bewapend
6. habitat -> habitatur: het wordt bewoond