De namen van Orpheus, Eurydice en Hermes zijn heel vaag te lezen, bovenaan dit reliëf - de naam van Orpheus is van rechts naar links geschreven.

Orpheus en Eurydice waren nog maar pas getrouwd, toen het ongeluk al toesloeg. Eurydice werd in haar voet gebeten door een slang en stierf.
Zonder zijn vrouw kon de zanger Orpheus het leven niet verdragen. Hij ging naar de onderwereld en smeekte in een lied om de terugkeer van zijn Eurydice. Hij zong zo mooi, dat Tantalus luisterde, dat het rad van Ixion stil hield, en dat Sisyphos op zijn steen ging zitten om de muziek te horen. Ook de heerser van de onderwereld, Dis, was ontroerd.
Orpheus mocht zijn vrouw mee nemen, terug naar het zonlicht, onder de voorwaarde, dat hij niet om keek. Lang liepen zij stil door de duisternis. Toen in de verte het licht al zichtbaar werd, hield Orpheus het niet meer uit : verlangend Eurydice te zien keek hij om.
Onmiddellijk zweefde haar schim terug naar de nevelen van het dodenrijk.

Hermes is hier afgebeeld, omdat hij de taak heeft doden naar de Hades te begeleiden.