ΕΙΣ ΗΦΑΙΣΤΟΝ

Aan Hephaistos
Ἥφαιστον κλυτόμητιν ἀείσεο, Μοὺσα λίγεια,
ὃς μετ' Ἀθηναίης γλαυκώπιδος ἀγλαὰ ἔργα
ἀνθρώπους ἐδίδαξεν ἐπὶ χθονός, οἳ τὸ πάρος περ
ἄντροις ναιετάασκον ἐν οὔρεσιν ἠΰτε θῆρες.
νῦν δὲ δι' Ἥφαιστον κλυτοτέχνην ἔργα δαέντες
ῥηϊδίως αἰῶνα τελεσφόρον εἰς ἐνιαυτόν
εὔκηλοι διάγουσιν ἐνὶ σφετέροισι δόμοισιν.
  ἀλλ' ἵληθ', Ἥφαιστε, δίδου δ' ἀρετήν τε καὶ ὄλβον.




  5
Helder-klinkende Muze, U zult zingen over Hephaistos, beroemd om zijn handigheid,
die samen met Athena met haar grijsblauwe ogen schitterende werken
aan de mensen op aarde heeft geleerd, die voorheen
in grotten woonden in de bergen als wilde dieren.
Maar nu hebben zij door Hephaistos, beroemd om zijn techniek, ambachten geleerd
en leiden gemakkelijk het hele jaar door hun leven
onbekommerd in hun huizen.
Maar wees genadig, Hephaistos, en geef mij uitmuntendheid en geluk.

Commentaar

West: het combineren van Hephaistus en Athena is Atheens, en het gedichtje is waarschijnlijk gemaakt voor de Attische Hephaestia, ergens in de tweede helft van de vijfde eeuw voor Chr.