Les 1: Griekse woorden en zinnen: correctiemodel

Opdracht 1.

a)qlhth/j AQLHTHS atleet
dida/skaloj DIDASKALOS leraar
gewrgo/j GEWRGOS boer
ko/rh KORH meisje
gunh/ GUNH vrouw
h[lioj HLIOS zon
     

Opdracht 2.

Macedonië Makedonia
Kreta Krhth
Olympia Olumpi/a
Kos Kw=j
Troje Troi/a
Korinthe Ko/rinqoj
Athene )Aqh=nai
Piraeus Peiraieu/j
Delphi Delfoi/
Rhodos (Ro/doj
Olympus 1 1Olumpoj
Mycene Mukh=nai

Opdracht 3.

HOOFDLETTERS kleine letters Nederlands
LAKWNIKH Lakonikh Lakonië
PELOPONNHSOS Pelopo/nnhsoj Peloponnesus
ATTIKH ) Attikh/ Attica
FWKIS Fwkij Phocis
BOIWTIA Boiwti/a Boeotië
EUBOIA Eu1boia Euboea
QESSALIA Qessalia Thessalië
XALKIDIKH Xalkidikh Chalcidice
MAKEDONIA Makedoni/a Macedonië
QRAIKH Qra|/kh Thracië
FRUGIA Frugia Phrygië
LUDIA Ludi/a Lydië
IWNIA ) Iwnia Ionië
ASIA ) Asi/a (Klein-) Azië
SPORADES Spora/dej Sporaden
KUKLADES Kukladej Cycladen
KRHTH Krh/th Kreta

Opdracht 4.

Zeus woont op de Olympus ( 7) Olumpoj ), Apollo bezoekt de Parnassus ( Parnasso/j ).

Opdracht 5.

Dat moet zo wel lukken ...

Opdracht 6.

Leto baart hier Apollo en Artemis. Dh=loj
Beroemd door de Venus (Grieks: Afrodite). Mh=loj
Bekend om het prachtige marmer, dat er gevonden wordt. Pa/roj
Beroemd door de Colossus. ( Rodoj
Hier sloot Daedalus de Minotaurus op in het labyrint. Krh/th
Penelope wachtte hier 20 jaar op haar man Odysseus. ) Iqa/kh
Beroemd door het beeld van de Nike, de Overwinning. Samoqra/kh