Correctie
Les 45
Oefening
1 :
1.
Vivat regina!: Leve de koningin! (wens)
2. Vivant, crescant, floreant!: Mogen zij leven, groeien (en) bloeien!
(wens)
3. Sit tibi terra levis! (grafschrift): Moge de aarde licht zijn voor
jou! (wens)
4. Utinam pecuniam mihi det!: Ach, moge hij mij geld geven (wens)
5. Ne caedatur!: Moge hij niet gedood worden! (wens)
6. Attenti simus!: Laten wij oplettend zijn / opletten! (aansporing)
7. Ne veniat! (Op te vatten als wens, maar ook als aansporing): Moge
hij niet komen / Laat hij niet komen!
8. Patriam semper amemus et defendamus!: Laten wij het vaderland altijd
beminnen en verdedigen! (aansporing)
9. Mox nobis epistulam longam scribant! (Wens en/of aansporing): Mogen
zij / Laten zij ons spoedig een lange brief schijven!
10. Utinam lacrimis nostris moveatur!: Ach, moge hij door onze tranen
bewogen / ontroerd worden! (wens)
11. Ornemus templum deorum gratiasque agemus!: Laten wij de tempel van
de goden versieren en dank betuigen! (aansporing)
12. In fluvio vento aspero moto ne navigemus!: Laten wij niet varen
op / Wij moeten niet varen op de rivier, die door een gure wind in beweging
is gebracht! (aansporing, maar dan ontkend; een ontkende
adhortativus komt vrijwel overeen met een verbod)
13. Discipuli studeant et discant! (Aansporing; evt. wens?): Laten de
leerlingen studeren / zich inzetten en leren!
14. Pugnemus et vincamus, viri! (Het tweede gedeelte, vincamus, is meer
een wens.): Laten wij vechten en winnen, mannen!
Oefening
2 :
1.
Servos in forum mittimus, ut cibum emant: Wij sturen slaven naar het
marktplein, om voedsel te kopen / opdat zij voedsel kopen. (finale bijzin:
doel)
2. Ventus tam asper est, ut nautae navigare non audeant: De wind is
zo guur, dat de zeelui niet durven te varen. (consecutieve bijzin: gevolg)
3. Studeamus, ne a magistro severo puniamur: Laten wij ons best doen,
om te voorkomen dat wij / opdat wij niet gestraft worden door de strenge
meester. (aansporing in de hoofdzin; finale bijzin: doel)
4. Non vivimus ut edamus, sed edimus ut vivamus: Wij leven niet om te
eten, maar we eten om te leven. (finale bijzinnen: doel)
5. Pueri ita (sic) clamant, ut vix a magistro sedari possint: De jongens
schreeuwen zo erg, dat zij nauwelijks door de meester kunnen worden
gekalmeerd. (consecutieve bijzin: gevolg)
6. Nonnulli pueri aegri sunt, ut in scholam non veniant: Sommige jongens
zijn ziek, zodat zij niet naar school komen. (consecutieve bijzin: gevolg)
7. Curate, ut portae ante vesperum claudantur!: Zorg(t) ervoor, dat
de poorten voor de avond gesloten worden! (finale bijzin: doel)
8. Imperamus, ne copiae e castris mittantur: Wij bevelen, dat de troepen
niet uit het kamp worden gestuurd. (finale bijzin: doel)
9. Oramus, ut nos frumento iuvetis: Wij smeken, dat jullie ons helpen
met graan. (finale bijzin: doel)
10. Nemo tam bonus est, ut nullis vitiis laboret: Niemand is zo goed,
dat hij (met geen =) niet met fouten te kampen heeft. (consecutieve
bijzin: gevolg)
|