Correctie
Les 43
Oefening
1 :
1. Apparebat uxorem
eius liberis orbatam iam vita cessisse:
Het bleek dat zijn vrouw, die van kinderen was beroofd / omdat zij van
kinderen was beroofd, reeds was gestorven.
2. Necesse est hanc orationem statim in contione haberi:
Het is noodzakelijk, dat deze redevoering meteen in de vergadering wordt
gehouden.
3. Dolemus corpus huius militis vulneribus saevis vexari:
Wij betreuren, dat het lichaam van deze soldaat door woeste verwondingen
wordt gekweld.
4. Non credimus Romam a Poenis mox expugnatum iri:
Wij geloven niet, dat Rome spoedig door de Carthagers zal worden veroverd.
5. Audiveramus eos per silvas erravisse neque viam reperire potuisse:
Wij hadden gehoord, dat zij door de bossen hadden gedwaald en de weg
niet hadden kunnen vinden.
6. Fama est utramque casam et paene totum stabulum e flammis servata
esse:
Het gerucht gaat, dat beide huisjes en bijna de hele stal uit de vlammen
zijn gered.
7. Iuvat me vos in templo Iunonis fuisse vaccamque deae immolavisse:
Het doet me plezier, dat jullie in de tempel van Juno zijn geweest en
een koe aan de godin hebben geofferd.
8. Refert Gallorum legatos mox in castris Romanis futuros esse:
Het is van belang, dat de gezanten van de Galliërs spoedig in het
Romeinse legerkamp zullen zijn.
9. Gaudemus clara castrorum lumina ab equitibus fatigatis mox visum
iri:
Wij zijn blij, dat de heldere lichten van het kamp spoedig door de afgematte
ruiters gezien zullen worden.
10. Constat villam ab eo nuper emptam parvam quidem, sed amoenam esse:
Het staat vast, dat de onlangs door hem gekochte villa weliswaar klein,
maar liefelijk is.
Oefening
2 :
1.
Multi nostrum linguas peregrinas discere desiderant, sed pauci perseverant:
Velen van ons verlangen vreemde talen te leren, maar slechts weinigen
houden vol.
2. Avunculo meo multa poetarum opera sunt; cras si vacabis, ea tibi
monstrabo:
Mijn oom heeft vele werken van dichters; als jij morgen vrij bent, zal
ik jou die laten zien.
3. Hastis acutis pedites nostri Germanorum corpora vulneraverant:
Met scherpe lansen hadden onze infanteristen de lichamen van de Germanen
verwond.
4. Ex agris vastum in eorum oppido incendium vidimus:
Vanuit de akkers zagen wij de kolossale brand in hun stad.
5. Dominus cum in villa sua est, piger curisque liber esse solet:
Wanneer de heer in zijn landhuis is, pleegt hij lui en vrij van zorgen
te zijn.
6. Quinque annos in Italia habitabatis, sed sexto anno in Galliam migravistis:
Jullie woonden vijf jaren in Italia, maar in het zesde jaar zijn jullie
naar Gallia verhuisd.
7. Feminae cum puellis templum Iunonis rosis ornare solent:
De vrouwen plegen samen met de meisjes de tempel van Juno met rozen
te versieren.
8. Nautae, qui tempestatem timebant, quattuor horas navigia in flumine
tenebant:
De zeelui, die de storm vreesden, hielden de vaartuigen vier uren op
de rivier.
9. Rami populorum aspero autumni vento foliis iam nudati sunt:
De takken van de populieren zijn door de gure herfstwind al van hun
bladeren ontbloot.
10. In medio oppido templum Minervae fuit, quod, dum fuit, ab incolis
peregrinisque frequentabatur; bello iamdiu deletum est:
Midden in de stad was een tempel van Minerva, die, zolang hij er was
/ zolang hij ongeschonden was, door de inwoners en vreemdelingen druk
werd bezocht; in / door de oorlog is hij allang verwoest.
11. Duo mihi avunculi sunt, quorum alter nauta est, alter agricola;
utrumque feriis aestivis visere soleo:
Ik heb twee ooms, van wie de een zeeman is, de ander boer; beiden pleeg
ik in de zomervakantie te bezoeken.
12. Neptuno soli neque aliis diis piratae taurum immolaverunt:
Alleen voor Neptunus en niet voor de andere goden offerden de zeerovers
een stier.
13. Biennium nunc in schola fuistis neque adhuc studere potestis:
Twee jaar lang zijn jullie nu op school geweest en nog steeds kunnen
jullie niet studeren / je best doen.
14. Ministri qui culpa vacabant, a domino irato terreri non potuerunt:
De dienaren die vrij van schuld waren konden niet worden banggemaakt
door de boze meester.
15. Galli e silvis fugantur et ab iratis equitibus nostris in agris
caeduntur:
De Galliërs worden uit de bossen verjaagd en door onze boze ruiters
op de akkers gedood.
|