XXIX.
Perfectum actief en passief;
stamtijden
A. perfectum actief:
perfectumstam : vocav-
ik heb geroepen / ik riep
jij hebt geroepen / jij riep
etc
vocavi
vocavisti
vocavit
vocavimus
vocavistis
vocaverunt
Het perfectum
actief wordt gevormd door achter de perfectumstam
van een werkwoord de perfectumuitgangen
-i, -isti, -it, -imus,
-istis, erunt
te plakken.
De perfectumstam van vocare is : vocav-
Dit is dus een andere stam dan
de praesensstam. (Bij vocare is de praesensstam
voca-, zoals je al weet.)
Vaak wordt de
perfectumstam gevormd door een -v- toe te voegen aan
de praesensstam, maar ook heel vaak is de
perfectumstam verschillend van de praesensstam.
perfectumstam : terru-
ik heb bang gemaakt / ik
maakte bang
jij hebt bang gemaakt / jij maakte bang
etc
terrui
terruisti
terruit
terruimus
terruistis
terruerunt
De
perfectumuitgangen zijn overal hetzelfde. Als je
eenmaal de perfectumstam kent, hoef je alleen nog
maar de uitgangen
-i, -isti, -it, -imus,
-istis, -erunt
achter die stam te plakken.
Het onderscheid, dat bij de praesensstammen werd
gemaakt, in a-stammen, e-stammen, etc speelt bij
het perfectum geen rol.
perfectumstam : vic-
ik heb overwonnen / ik
overwon
jij hebt overwonnen / jij overwon
etc
vici
vicisti
vicit
vicimus
vicistis
vicerunt
perfectumstam : audiv-
ik heb gehoord /
ik hoorde
jij hebt gehoord / jij hoorde
etc
audivi
audivisti
audivit
audivimus
audivistis
audiverunt
perfectumstam : fu-
ik ben geweest /
ik was
jij bent geweest / jij was
etc
fui
fuisti
fuit
fuimus
fuistis
fuerunt
perfectumstam : potu-
ik heb gekund
(kunnen...) / ik kon
jij hebt gekund (kunnen...) / jij kon
etc
potui
potuisti
potuit
potuimus
potuistis
potuerunt
In het Nederlands
heet het perfectum de Voltooid
Tegenwoordige Tijd. Het perfectum heeft wel wat van
een verleden tijd, omdat het verwijst naar
handelingen die voltooid zijn, maar formeel is het
een tegenwoordige tijd. Veni, vidi, vici, "Ik kwam, ik zag, ik overwon", zoals
Caesar zei, betekent: Destijds heb ik gewonnen, dat
is nu klaar en af, en nu ben ik de winnaar.
Een andere voorbeeld: dixit betekent:
hij heeft gezegd, hij is klaar met spreken, en nu
houdt hij zijn mond.
B.
perfectum passief
vocatus sum
vocatus es
vocatus est
vocati sumus
vocati estis
vocati sunt
ik ben geroepen
jij bent geroepen
hij is geroepen
wij zijn geroepen
etc
Het perfectum
passief wordt gevormd door de combinatie van het voltooid deelwoord en het
werkwoord "zijn". Dat is dus niet anders dan in
het Nederlands.
Het voltooid deelwoord heet in het Latijn het
participium perfecti
passivi ( participium
= deelwoord, pars = deel, particeps = deelachtig
aan). We spreken van het ppp.
Het perfectum passief wordt dus gevormd door het
ppp + esse.
Vaak wordt het ppp
gevormd door aan de praesensstam -tus toe te
voegen. Maar ook vaak is het ppp onregelmatig
gevormd.
territus sum
territus es
territus est
territi sumus
territi estis
territi sunt
ik ben bang
gemaakt
jij bent bang gemaakt
etc
Het ppp (bijv. vocatus)
wordt verbogen als servus,
rosa en bellum. Vandaar dat hier boven al stond:
vocati sumus: wij zijn geroepen: vocati = nom. mv.
ml.
In de volgende voorbeelden zie je
mannelijke, vrouwelijke en onzijdige vormen van
het ppp:
servi vocati
sunt
puellae vocatae sunt
puella vocata est
oraculum auditum est
Het ppp van víncere is victus,
van audire
is het ppp auditus:
victus sum
victus es
victus est
victi sumus
victi estis
victi sunt
ik ben overwonnen
jij bent overwonnen
etc
auditus sum
auditus es
auditus est
auditi sumus
auditi estis
auditi sunt
ik ben gehoord
jij bent gehoord
etc
C.
Stamtijden
Om
werkwoordsvormen correct te kunnen vormen,
interpreteren en vertalen, moet je er dus de
praesensstam, de perfectumstam en het ppp van
kennen. Dus:
voco
|
vocavi
|
vocatus
|
vocare
|
roepen
|
terreo
|
terrui
|
territus
|
terrêre
|
bangmaken
|
vinco
|
vici
|
victus
|
víncere
|
overwinnen
|
audio
|
audivi
|
auditus
|
audire
|
horen
|
De stamtijden bestaan uit de
1e persoon ev. praes. act., de 1e persoon ev.
perf. act, het ppp (nom. ev. ml.), de infinitivus
praes. act. en de betekenis in het nederlands.
Leer de volgende
stamtijden:
deleo - delevi -
deletus - delêre - verwoesten
teneo - tenui - tentus - tenêre - (vast)houden
cárpo - carpsi - carptus - cárpere - plukken
claúdo - clausi - clausus - claúdere - sluiten
consulo - consului - consultus - consúlere - raadplegen
díco - dixi - dictus - dícere - zeggen
émo - emi - emptus - émere - kopen
aperio - aperui - apertus - aperire - openen
haurio - hausi - haustus - haurire - scheppen, putten
Oefening :
Vertaal:
1. carpsistis
2. tenuerunt
3. vocatus es
4. consultus sum
5. delevimus
6. clauserunt
7. potuistis
8. empti sunt
9. puella audita est
10. fuimus
11. dixisti
12. hausistis
13. dictum est
14. vici
15. aperuerunt
16. feminae vocatae sunt
17. carpsit
18. potuimus
19. porta aperta est
20. amati sumus
21. clausit
22. fuerunt
23. emistis
24. profligatus sum
25. oppida deleta sunt
26. potuerunt
27. exportavimus
28. emit (2 keer!)
29. victi sumus
30. terruimus
31. rosae carptae sunt
32. fuisti
33. territi sumus
34. oravistis
35. aqua hausta est
36. oracula consulta sunt
Kijk na: KLIK
HIER.
|