Correctie
Les 85
Oefening 1 :
1. longe aberant:
zij waren ver weg
2. turpiter fugiendo: door schandelijk te vluchten
3. bellum feliciter gestum: een gelukkig/met succes
gevoerde oorlog
4. libere locutus est: hij heeft vrij(uit) gesproken
5. male accepti sunt: zij zijn slecht ontvangen
6. oppidum altissime situm: een zeer hoog gelegen
stad
7. graviter vulnerati sunt: zij zijn zwaar/ernstig
gewond
8. opus prudenter factum: een werk, dat verstandig
gedaan is
9. facile ei persuadetur: hij wordt er gemakkelijk van
overtuigd (letterlijk: het wordt hem overtuigd)
10. constanter pugnavistis: jullie hebben standvastig
gevochten
11. bene de te meritus est: hij heeft zich goed
verdienstelijk gemaakt voor jou
12. audacissime responsum est: zeer brutaal is
geantwoord
13. patienter hoc onus tulissem: ik had deze last
geduldig gedragen
14. fortiter locum tenuistis: jullie hielden dapper de
plaats vast
15. breviter milites adhortatus est: hij heeft de
soldaten kort toegesproken
16. vehementer indignatus est: hij werd erg
verontwaardigd
17. magnopere erravisti: jij hebt je zeer vergist
18. celerrime castra moventur: het kamp wordt zeer snel
opgebroken
19. tabula pulchre facta: een mooi gemaakt
tafeltje/schilderij
20. castra acerrime oppugnata: het kamp, dat zeer fel is
bestormd
Oefening 2 :
1. Post cenam plerumque dormitare
solet:
Na het diner pleegt hij meestal een
dutje te doen.
2. Niobe nimium felix sibi visa est:
Niobe vond zichzelf te gelukkig.
3. Hostes partim fugati, partim necati sunt:
De vijanden zijn deels verjaagd,
deels gedood.
4. Nostri certatim moenia oppugnare conabantur:
Onze mannen probeerden om strijd de
muren te bestormen.
5. Spartani raro proelio victi sunt:
De Spartanen zijn zelden in een
gevecht overwonnen.
6. Cotidie admonemur nos esse mortales:
Elke dag worden we eraan herinnerd,
dat we sterfelijk zijn.
7. Hoc templum funditus deletum ilico refectum est:
Deze tempel, die totaal verwoest was,
is onmiddellijk hersteld.
8. Celerrime nobis obviam veniebant:
Zeer snel kwamen zij ons tegemoet.
9. Hae aves antea parum in regione nostra inveniebantur:
Deze vogels werden vroeger weinig in
onze streek gevonden.
10. Cum corpus meum exercitatione magnopere egeat,
cotidie tres horas ambulo:
Omdat mijn lichaam
oefening erg nodig heeft, wandel ik elke dag drie uur
lang.
11. Interea Saguntum iam captum erat:
Intussen was Saguntum al
ingenomen.
12. Diu fortiter resistebant, tandem paulatim se
recipiebant:
Lange tijd verzetten zij
zich dapper, tenslotte trokken ze zich geleidelijk
terug.
13. Corpora passim inventa cras sepelientur:
De lichamen, die overal
zijn gevonden, zullen morgen worden begraven.
14. Non clam, sed palam hae res agendae sunt:
Deze zaken moeten niet
stiekem, maar openlijk worden gedaan.
15. Si prius hoc dixisses, statim te adiuvissem:
Als je dit eerder had
gezegd, had ik je meteen geholpen. [coni. irrealis]
16. Olim Romae reges regnavisse dicuntur. [nom. c inf.]
Men zegt, dat ooit in
Rome koningen hebben geheerst.
17. Postridie denuo profecti sunt:
De volgende dag zijn ze
opnieuw vertrokken.
18. Eum falso ne accusaveris!
Beschuldig hem niet
vals/ten onrechte!
19. Hoc opus nimium neglexisse videris:
Jij lijkt dit werk te
veel te hebben verwaarloosd = Het ziet er naar uit, dat
je dit werk te veel hebt verwaarloosd.
20. Antiquitus hae leges valuerant:
Van oudsher hadden deze
wetten gegolden/ waren van kracht geweest.
Oefening 3 :
1. Unde huc venisti et quo hinc
vades?
Waarvandaan ben je hier(heen) gekomen
en waarheen zul je hiervandaan gaan?
2. Qua inde iter facies? Ea, qua celerrime illuc
adveniam.
Waarlangs / Via welke route zul je de
reis daarvandaan maken? Daarlangs / Via die route,
waarlangs / via welke ik het snelst daar(heen) zal
komen.
3. Nusquam est, qui ubique est: Nergens is (hij), die
overal is.
4. Clamore undique sublato territi defensores post
vallum se receperant:
Geschrokken van het van alle kanten
aangeheven geschreeuw hadden de verdedigers zich
teruggetrokken achter de wal.
5. Aliquando illucescet dies, quo iterum libertate
fruemur:
Ooit zal de dag schijnen, waarop we
opnieuw de vrijheid genieten.
6. Urbem Syracusas maximam esse Graecarum, pulcherrimam
omnium saepe audivistis: est ita ut dicitur.
Dat de stad Syracuse de grootste is
van de Griekse (steden), en de mooiste van alle hebben jullie vaak gehoord: het is zo
als gezegd wordt.
7. Quocumque me verto,
argumenta senectutis meae video:
Waarheen ik me ook maar wend, ik zie
bewijzen van mijn ouderdom.
8. Cum hinc montes illinc mare utramque aciem
clauderent, neutris erat potestas hostem circumveniendi.
Omdat aan de ene kant bergen, aan de
andere de zee de twee slaglinies insloten, had geen van
de twee de mogelijkheid om de vijand te omsingelen.
9. Hannibal ut milites flumen traduxerat, ita in acie
locabat.
Zoals Hannibal de soldaten over de
rivier had gezet, zo plaatste hij hen ook in de slaglinie.
10. Ubi duces constiterant, ibi acerrimum certamen ortum
est.
Waar de aanvoerders waren
blijven staan, daar is een zeer fel gevecht uitgebroken.
11. Quotienscumque Hannibal cum Romanis in Italia
proelia commisit, semper victorias reportavit.
(Telkens) Wanneer
Hannibal met de Romeinen in Italia gevechten leverde,
behaalde hij altijd overwinningen.
12. Hostes cum impetus nostrorum diutius sustinere non
possent, eo se receperunt, unde proelium inceperant.
Toen de vijanden de
aanvallen van de onzen niet langer konden verdragen,
trokken ze zich daar(heen) terug, vanwaar ze het gevecht
waren begonnen.
13. Cum nuntiatum esset hostium agmen inde profectum
esse, tum de insequendo consilia capta sunt.
Nadat bericht was, dat de
kolonne van de vijanden daarvandaan was vertrokken, toen
zijn er plannen opgevat/besluiten genomen met betrekking
tot het achtervolgen.
14. Hannibali ingens cupido erat Tarento potiri, quia
urbem cum opulentam tum maritimam esse videbat.
Hannibal had een enorm
verlangen om zich meester te maken van Tarente, omdat
hij zag, dat de stad niet alleen rijk was, maar ook aan
zee lag.
15. Hoc templum funditus aliquando deletum numquam
restitutum est.
Deze tempel, die ooit
totaal verwoest is, is nooit hersteld.
16. Oppidani quotiens eruptionem fecerunt, totiens
multis amissis repulsi sunt.
Telkens wanneer de
stedelingen een uitval deden, zijn ze telkens met grote
verliezen teruggeslagen.
17. Multum cum in omnibus rebus tum in re militari
potest Fortuna.
Het Lot / Geluk / Pech /
Toeval kan veel = heeft veel macht in alle dingen, en
(vooral) in krijgszaken.
|