Correctie Les 75

Oefening 1 :

1. Romam venerunt legati auxilium in hostes rogatum. [supinum]
Naar Rome kwamen gezanten on hulp te vragen tegen de vijanden.
2. Legiones per omnem provinciam hiemandi causâ distributae sunt.
De legioenen zijn om te overwinteren over de hele provincie verdeeld.
3. Consul castra movere neque moram dimicandi facere constituit.
De consul besloot het kamp op te breken en geen uitstel van het vechten te maken = het vechten niet uit te stellen.
4. Hoc facilius dictu quam factu esse manifestum est. [supinum]
Het is duidelijk, dat dit gemakkelijker om te zeggen dan om te doen is.
5. Caesar viginti se dies ad deliberandum sumpturum legatis respondit.
Caesar antwoorde de gezanten, dat hij 20 dagen zou nemen om te overwegen / na te denken.
6. Daedalus Icaro filio praecepta volandi dedit.
Daedalus gaf zijn zoon Icarus de voorschriften van het vliegen / lessen in het vliegen.
7. Nonnulli cives Delphos sunt missi oraculum consultum. [supinum]
Enkele burgers zijn naar Delphi gestuurd om het orakel te raadplegen.
8. Vox horribilis auditu ex sepulcro comperta est. [supinum]
Een stem, verschrikkelijk om te horen, is vernomen uit het graf.
9. Tacendo causam tuam meliorem non facies.
Door te zwijgen zul je jouw zaak niet beter maken.
10. Arte natandi pueri Batavorum erudiebantur.  
De jongens van de Bataven
werden opgeleid / onderwezen in de kunst van het zwemmen.
11. Non ludendo, sed discendo progressus in studiis facietis, pueri!
Niet door te spelen, maar door te leren zullen jullie vorderingen maken in je studie(s), jongens!
12. Nescimus, cur hoc opus facile factu nondum finiveris. [supinum]
[finiveris: coni. van de indirecte vraag!]
Wij weten niet, waarom jij dit werk, (dat) makkelijk om te doen (is), nog niet hebt beëindigd.

Oefening 2 :

1. Cras complures epistulae mihi scribendae erunt.
Morgen zal ik verscheidene brieven moeten schrijven.
2. Libertas patriae omnibus civibus amanda ac defendenda est.
De vrijheid van het vaderland moet door alle burgers bemind en verdedigd worden.
3. Rem valde laudandam heri de te audivi.
Gisteren heb ik een zeer prijzenswaardige zaak over jou gehoord.
4. Non tacendum, sed respondendum est tibi.
Jij moet niet zwijgen, maar antwoorden.
5. Cadmus ex oraculo quaesivit, quae sibi terra esset habitanda.
Cadmus vroeg aan het orakel, welk land hij moest bewonen.
6. In obsidione diuturna multa gravia sunt toleranda.
In een langdurig beleg moeten vele zware dingen / moeilijkheden verduurd worden.
7. Cato in senatu dicere solebat: 'Ceterum censeo Carthaginem esse delendam'.
Cato placht te zeggen in de senaat / zei altijd: 'Verder ben ik van mening, dat Carthago vernietigd moet worden'.
8. Vix credenda tibi narrabo: tamen sunt vera.
Ik zal jou nauwelijks te geloven dingen vertellen: toch zijn ze waar.
9. Croesus consuluit oraculum, quid sibi faciendum esset.
Croesus raadpleegde het orakel (met de vraag), wat hij moest doen.
10. Pacem et otium res valde optandas appellare solemus.
Wij plegen / zijn gewend vrede en vrije tijd zeer wenselijke dingen te noemen.
11. Cum hostis appropinquat, portae claudendae, arma capienda, muri defendendi sunt.
Wanneer / Omdat de vijand nadert, moeten de poorten gesloten worden, de wapens gepakt, de muren verdedigd.
12. Caesari omnia uno tempore erant agenda: signum tuba dandum, ab opere revocandi milites, acies instruenda, milites monendi.
Caesar moest alles in een tijd / tegelijkertijd doen: er moest een teken met de trompet worden gegeven, de soldaten moesten worden teruggeroepen van het werk, de linie moest worden opgesteld, de soldaten moesten worden aangespoord.