Correctie Les 62

Oefening 1

1. Quare libros deteriores legis, cum optimos habeas?
Waarom lees je slechtere / behoorlijk slechte boeken, wanneer / terwijl / hoewel je zeer goede hebt?
2. Hic vir sapiens mortem servitute potiorem esse iudicat:
Deze wijze man oordeelt, dat de dood beter is dan de slavernij.
3. Ipse dies natalis ei supremus fuit:
Zijn geboortedag zelf / Juist zijn geboortedag / verjaardag was voor hem de laatste (dag).
4. Ea pars Italiae, per quam Padus flumen fluit, olim Gallia Cisalpina sive Citerior appellabatur:
Dat deel van Italia, waardoor de rivier de Po stroomt, werd vroeger Gallië aan deze kant van de Alpen of het meer aan deze zijde gelegen (Gallië) genoemd.
5. Si quis ex Italia in Hispaniam iter faciebat, primo in Hispaniam Citeriorem veniebat; Hiberum flumen cum traiecerat, in Hispania Ulteriore erat:
Als iemand uit Italië een reis naar Spanje maakte, kwam hij eerst in het nabijer gelegen Spanje; wanneer hij de rivier de Ebro was overgestoken, was hij in het verder gelegen Spanje.
6. Dux noster collem aliquem occupaverat, ut ex loco superiore pugnaret:
Onze aanvoerder had een of andere / 'n heuvel bezet, om van een hoger gelegen plaats te kunnen vechten.
7. Quo quis morti propior, eo vitae cupidior esse solet:
Naarmate iemand dichter bij de dood is, in die mate pleegt hij verlangender naar het leven te zijn.
8. Num quid de sorte captivorum ex transfugis audivisti?
Heb je soms iets over het lot van de krijgsgevangenen gehoord van de overlopers?
9. Postquam moenia superaverunt, aliqui hostes iam in interiores urbis partes penetraverant:
Nadat zij de muren hadden overwonnen / over de muren waren gekomen, waren sommige vijanden al tot de meer naar binnen gelegen delen van de stad doorgedrongen.
10. Ne quis prior die natali tuo te salutaret, prima luce surrexi:
Opdat niemand jou eerder op jouw verjaardag zou begroeten, ben ik bij het eerste daglicht opgestaan.
11. In summo monte Galli castra habebant ibique copias nostras exspectabant:
Op de top van de berg hadden de Galliërs hun kamp en daar wachtten zij op onze troepen.
12. Credimus sororem nostram iamdiu aliquo morbo affectam esse:
Wij geloven, dat onze zus allang door een of andere ziekte is aangedaan / lijdt aan een of andere ziekte.
13. Ab ipsis proximis contra hunc virum scelestum testimonium dictum est:
Door de meest nabije verwanten zelf / Door zijn naaste familieleden zelf is getuigenis afgelegd tegen deze misdadige man.
14. Etiam deteriora huius poetae carmina admirationem nostram merent:
Zelfs de slechtere / mindere gedichten van deze dichter verdienen onze bewondering.
15. In Asia Minore complures Graecorum coloniae inveniebantur, quarum Miletus fuit florentissima ac ditissima:
In Klein-Azië werden verscheidene kolonies van de Grieken gevonden, waarvan Milete de bloeiendste en rijkste was.

NederLatijn

1. Contradictio in terminis:
Een tegenstelling in de termen.
2. Lapsus linguae:
Een uitglijder van de tong (Een verspreking).
3. Pons asinorum:
Een brug van ezels (ezelsbruggetje).
4. Lectori salutem:
Aan de lezer een groet.
5. Non tali auxilio (Vergilius). (?)
Niet met dergelijke hulp.
6. Pulchri studio (naam van een Haagse kunstenaarskring)
Uit enthousiasme voor het schone.
7. Cum grano salis:
Met een korreltje zout.
8. Ex more maiorum:
Op grond van / Volgens de gewoonte van de voorouders.
9. In optima forma:
In de beste vorm.
10. Corruptio optimi pessima:
Het bederf van de beste is het ergst.
11. Corvo rarior albo:
Zeldzamer dan een witte raaf.
12. Compos mentis:
In het bezit van verstand.
13. In spe:
In hoop.
14. Alea iacta sit (Caesar)
Laat de dobbelsteen geworpen zijn.
15. Dictum ac factum. (?)
Gezegd en gedaan = Woord en daad.
16. Natura non facit saltus. (?)
De natuur maakt geen sprongen.
17. Facsimile:
Maak-gelijk (Een kopie).
18. Factotum:
Een manusje van alles.
19. In facto. (?)
In feite / Inderdaad.